“Persvrijheid is zeer éénzijdig in België”

Uit ons archief: Hieronder vindt u het interview met de voormalige Israëlische ambassadeur Jehudi Kinar, uit Joods Actueel van 10/2007 . De aangehaalde argumenten blijken nog steeds brandend actueel.

kinar-jaAfscheidsgesprek met Ambassadeur Jehudi Kinar

Midden deze maand beëindigt ambassadeur Jehudi Kinar zijn diplomatieke carrière in dienst van de joodse staat. Bijna veertig jaar lang vervulde hij verschillende diplomatieke missies voor het ministerie van Buitenlandse Zaken in Jeruzalem. In een rijk gevulde carrière was hij actief in Nederland, Duitsland, Noord Amerika en uiteindelijk België.  In 1993 werd Kinar consul-generaal in San Francisco om in 1995 diezelfde functie te bekleden in Toronto, Canada. Begin 2003 werd hij benoemd als Israëlische ambassadeur in België en het Groothertogdom Luxemburg.

Op de ambassade in Brussel had Michael Freilich, hoofdredacteur van Joods Actueel, een laatste gesprek met Jehudi Kinar, voor zijn terugreis. Het werd een terugblik op de voorbije vier jaar waarin geen blad voor de mond werd genomen; zowel verwezenlijkingen als ergernissen passeerden de revue.

Ambassadeur Kinar Over de Joodse Gemeenschap

Advertentie

Toen ik naar België kwam was een van mijn doelstellingen een brug te slaan tussen de Nederlandstalige en Franssprekende joodse gemeenschappen van dit land. De joden vormen hier al zo’n kleine groep, om gehoord te worden moet men de krachten bundelen en als één stem spreken.

‘Het was een hopeloze zaak’, werd me verteld. ‘Begin er beter niet aan want je geraakt toch nergens’, zei een ander. Ik had echter positieve ervaringen met een gelijkaardig scenario in Toronto waar de diverse joodse gemeenschappen eveneens verdeeld waren. Achteraf bekeken hadden de pessimisten echter gelijk. Ik ben niet geslaagd in mijn opzet en geef dat ook toe. Maar mij hiervoor schamen, dat doe ik zeker niet, ik heb mijn best gedaan. Het zijn net de vertegenwoordigers van de gemeenschappen die de hand in eigen boezem moeten steken.

Over de Pers

Op 18 januari van dit jaar trok een felle storm door ons land. In Brussel viel daarbij één van de vier bronzen standbeelden van de Congreskolom van zijn sokkel. Het standbeeld weegt nochtans anderhalve ton. De vier bronzen standbeelden staan symbool voor de vier fundamentele vrijheden: de vrijheid van eredienst, de vrijheid van vereniging, de vrijheid van onderwijs en de persvrijheid.

Toen ik op het nieuws hoorde dat net dit laatste standbeeld van zijn sokkel viel kon ik maar moeilijk een glimlach maskeren. Want aan bepaalde media is echte persvrijheid blijkbaar niet besteed in dit land! De nationale pers is al te vaak eenzijdig en vreselijk anti-Israël. Wat de media zich hier veroorloven gebeurt nergens anders. Ik werkte o.a. in Duitsland, Canada, de Verenigde Staten en Nederland en in geen enkel land bijvoorbeeld, zal een reactie gebaseerd op feiten van een ambassadeur doodleuk genegeerd worden. Zo’n ‘chutzpah’ (arrogantie) is gewoon ongehoord.

Auteur Philip Roth verwoordde het in zijn boek ‘Operation shylock’ als volgt: “Er zijn mensen die antisemitisme gebruiken om ‘in’ te zijn op feestjes, sociale evenementen en business lunches. Dan zijn er ook  de volbloeds antisemieten, de echter carrière-haters, die misschien ooit als gematigde antisemieten zijn begonnen maar hier zo door verteerd dat het bij hen een progressief ondermijnende ziekte is geworden”. En net hieraan lijden heel wat journalisten in België. In sommige gevallen zonder het zelf te weten. Simpelweg kan je stellen dat wat men zich hier veroorlooft te zeggen en te schrijven tegen Israël/de joden, men nooit tegen een andere groep zou doen.

Antisemitisme

Advertentie

Om een onderscheid te maken tussen legitieme kritiek op Israël en antisemitisme voeg ik me bij de zogenaamde 3D-test van de bekende Israëlische politicus Natan Sharansky  (zie kader, Natan Sharansky’s 3D test).

Ook het gebruik van het woordje ‘jood’ is een ware Belgische plaag waaraan bijna alle kranten zich schuldig maken. De religie van katholieken, protestanten of moslims wordt er nooit bijgezet. Het gaat hier zowel om fouten in buitenlandse verslaggeving (joodse soldaten openden het vuur… ) en binnenlandse gerechtsverslaggeving (de joodse man werd door de rechter veroordeeld…). Ik toon U hierbij tal van krantenknipsels met voorbeelden. Erger nog is de vermenging van de termen Israëli en Israëliet.  Verscheidene klachten hiertegen van het Forum der Joodse Organisaties hebben echter weinig effect gehad. Lezersbrieven sturen naar de kranten halen nog minder uit…

Le Soir

Al jaren bekend om haar anti-Israël standpunten en anti-Israëlische editoriale koers is de Franstalige krant Le Soir. Ronduit schandalig was de manier waarop die publicatie omging met schrijver Dror Ben Yemini, journalist bij de grote Israëlsiche krant Maariv.

Op uitnodiging van de ambassade kwam hij enkele maanden geleden naar België om een ander geluid te laten horen over het Midden-Oosten. Ben Yemini had een uitstekend gesprek met Le Soir waarin hij het Israëlisch standpunt verduidelijkte en volgens de interviewer opende dit gesprek zijn ogen. Groot was onze verbazing toen later het interview niet bleek te verschijnen. Verscheidene telefoontjes en mails van de ambassade naar de krant hielpen niet. Het gesprek met Dror Ben Yemini kwam duidelijk niet overeen met de editoriale lijn van de krant en belandde daardoor in de prullenmand. Zo ziet men maar hoe de publieke opinie een totaal eenzijdig beeld krijgt voorgeschoteld door de pers. Het standbeeld dat in Brussel van z’n sokkel viel deed dat geen moment te vroeg.

Deze houding van Le Soir hoeft ons echter niet te verbazen. Ik zou bijna medelijden krijgen met hun correspondent in Israël, Maurice Sarfati hier beter bekend als Serge Dumont, die in de afgelopen vijf jaar alleen maar in Israël ’te lijden’ heeft gehad. Ik zou ironisch willen zeggen hoezeer ik met zijn lijden begaan ben. Het eerste positieve artikel over Israël van zijn hand moet nog gepubliceerd worden.

Ook het magazine Le Vif/L’Express getuigt van een ongeziene arrogantie, ja zelfs onbeschoftheid. Toen ik reageerde op een door de hoofdredacteur geschreven misleidend artikel werd slechts een klein deel van mijn reactie gepubliceerd met daarachter een lang commentaar van de hoofdredacteur, zoiets doet men niet! “Gelukkig” voor Le Vif/L’Express was er wel een positieve reactie van een lid van de UPJB (Union des Progressistes Juifs de Belgique, nvdr.), die per e-mail sympathisanten verzocht de hoofdredacteur te steunen daar hij door zijn artikel in moeilijkheden verkeerde…

Ambassadeur Kinar en Minister President Kris Peeters

Vrije tribune

Een andere bron van ergernis is de vrije tribune die kranten en tijdschriften verlenen aan rabiate Israël-haters zoals Lucas Catherine, Ludo de Brabander, Brigitte Herremans en meer. Het zijn steeds dezelfde weerkerende stemmen die hun gif mogen spuien terwijl tegen andere stemmen bijna een absoluut verbod heerst.

Het is echter niet alles kommer en kwel. De voorbije jaren legden we ook enkele goede contacten met een aantal Vlaamse kranten. We hebben thans een luisterend oor gevonden en als we met klachten komen is het makkelijker een respons te laten publiceren. Spijtig genoeg is dat niet het geval met de Franstalige uitgevers. Daar staan we bijna geen stap verder dan vier jaar geleden.

Wat de joodse pers betreft in Vlaanderen kan ik kort zijn. Joods Actueel is een prachtige uitgave die verder bouwt op het elan van zijn voorganger, het Belgisch Israëlitisch Weekblad. De redactie mag terecht fier zijn op het werk dat ze verricht. Een pluim verdient ook Savasorda, het team media-watchers van Joods Actueel, met hun maandelijkse column ‘Media Onder de Loep’. Men kan misschien het gevoel hebben tegen de storm te roeien,  maar hun werk is toch uiterst dapper en broodnodig.

Audiovisuele Media

Problemen zijn er niet uitsluitend bij de geschreven pers, de audiovisuele media zijn niet veel beter. Ik ben nu bijna vijf jaar op post en zelden werd de ambassade gecontacteerd om een reactie door de nieuwsredactie van VTM, VRT of de RTBF. Wij hebben wel vele malen onze medewerking aangeboden. Dit is opnieuw een perfect gemiste kans omdat je niet elke dag een ambassadeur vindt die de lokale taal machtig is.

Politiek

8 januari 2003 was de datum waarop ik mijn ambassadeursfunctie in België opnam. Het was een politiek woelige periode, er liep een klacht bij het Brusselse gerecht tegen premier Sharon, gebaseerd op de wet van universele bevoegdheid. Eén maand later werd ik naar Israël teruggeroepen door toenmalig minister van Buitenlandse Zaken Netanyahoe. Pas eind April keerde ik terug nadat het parlement de wet had aangepast.

Aanvankelijk waren de politici uitermate traag met een reactie. Het was pas na een gelijkaardige klacht tegen oud-president Bush, generaal Norman Schwartzkopf en minister Colin Powell dat de regering in actie schoot. De VS liet verstaan dat het NAVO hoofdkwartier naar Oost-Europa zou kunnen verhuizen en dat de haven van Rotterdam prioriteit zou krijgen op Antwerpen. Het duurde niet lang of de genocidewet was aangepast. Ik vraag me trouwens nog steeds af hoe dit verhaal zou zijn afgelopen indien er geen klacht was geweest tegen Amerikaanse regering- en legerleiders.

PS

Op politiek vlak kan men stellen dat vooral de socialisten Israël de grootste problemen bezorgen, met op kop de Franstalige PS. Voorbeelden hiervan zijn legio. Zo heeft Vlaanderen bilaterale economische en culturele akkoorden met Israël terwijl de PS deze verdragen voor Wallonië en Brussel maar niet willen ratificeren. Toen ik Elio Di Rupo, (voorzitter van de SP, nvdr.) hierover aansprak kreeg ik doodleuk te horen dat er “nu verkiezingen zijn” en hij daarom niets kan ondernemen…

Na de ontvoering van Gilad Shalit door Hamas, verspreidde Di Rupo een communiqué waarin beweerd werd dat Israël de kidnapping van de joodse soldaat Gilad Shalit als voorwendsel gebruikt had om oorlog tegen Libanon te voeren!

De reactie van de Ambassade op dit communiqué (waarin gewezen werd dat de dagelijkse raketaanvallen vanuit Gaza tegen de bewoners van Sderoth nooit door de PS waren veroordeeld) werd door Di Rupo op de “Université d’Eté” (zomervergadering) van de PS benut voor een verklaring dat hij dezelfde koers tegenover Israël zou blijven varen, ‘ondanks een arrogante brief van de Israëlische ambassadeur’. Malgré une lettre désobligeante waren zijn letterlijke woorden… Maar geen woord over aan het feit dat hij, noch zijn partij, blijkbaar tegen de waarheid kunnen.

Dat brieven van ambassadeurs niet respons waardig zijn is totaal ongehoord maar blijkbaar een PS trademark. Laurette Onkelinx, (ook van de SP, nvdr.) beloofde meenkele weken later dat ze Elio Di Rupo hierover zou aanspreken. Ze kon niet geloven dat de brief niet werd beantwoord  en opperde dat er ergens iets was misgelopen met de communicatie. Groots was mijn verbazing toen ik na enkele weken nog steeds geen antwoord had gekregen van Di Rupo. Dan maar een brief gestuurd naar Laurette Onkelinx en u raadt wat hier het gevolg van was… ook hier wacht ik nog steeds op een antwoord , te gek voor woorden.

Een ander frappant verhaal is die met senator en burgemeester van Sint-Jans-Molenbeek Philippe Moureaux(PS). Elk jaar vraagt hij hulp aan de Israëlische ambassade voor het verkrijgen van een vrijgeleide voor Palestijnse kinderen uit Bethlehem en Ramallah, opdat die enkele dagen vakantie doorbrengen in België. Vorig jaar vroegen we Moureaux waarom hij niet een gemeenschappelijke uitstap organiseert voor deze kinderen met kinderen uit Sderoth. U raadt het al, ook hier geen antwoord.  Dit jaar kregen we opnieuw de vraag van Moureaux die wij beantwoordden met dezelfde brief, opnieuw zonder succes. Moureaux geeft blijkbaar niet om (joodse) kinderen in oorlogsgebied.

De problemen blijven zich voordoen met de PS. Mijn brief aan Elio Di Rupo betreffende zijn partijgenote, europarlementslid Veronique De Keyser – die ooit verklaarde dat ze de Israëlische ambassadeur “wel kon wurgen” (ze bedoelde hiermee de Israëlische Ambassadeur bij de Europese Unie, Oded Eran) – bleef eveneens onbeantwoord.

Toch wil ik afsluiten met positief nieuws. Onder het premierschap van Guy Verhofstadt verliepen de betrekkingen met Israël de laatste paar jaar steeds beter. Verhofstadt was ook de eerste premier die publieke verontschuldigingen aanbood voor de hulp van Belgische ambtenaren aan de Nazi’s tijdens de Tweede Wereldoorlog. Ik was er bij in Yad Vashem toen de premier dit verklaarde in zijn speech. Hij was zichtbaar geëmotioneerd door de rondleiding en nam me in de gang aan de kant en zei, “hier moet ik mijn kinderen naartoe brengen”.

Ambassadeur Kinar en Michael Freilich

Thuis

Het is thans tijd om van een verdiend pensioen te genieten. Spijtig toch dat de wetgeving bepaalt wanneer ambtenaren op pensioen moeten, en niet de ambtenaren zelf. Want persoonlijk had ik deze job nog enkele jaartjes langer uitgevoerd. Wat ik zal doen eens terug in Israël? Dat weet ik nog niet. Voor ik daadwerkelijk terug thuis ben wens ik daar nog geen plannen over te maken. In de politiek stappen of in het parlement gaan zetelen is helemaal niet aan mij besteed. In al mijn jaren in dienst van de staat heb ik tevens nooit laten uitschijnen bij welke politieke partij mijn affiniteit hoort. En zo wil ik dat ook houden.

Hoe het voelt om terug te gaan? Israël is hét wereldcentrum van het jodendom, zelf ben ik in Nederland geboren en heb op jonge leeftijd Aliyah gedaan. Israël is waar ik me steeds thuis heb gevoeld. Terugkeren naar Israël is terug thuis komen.

Ambasadeur Kinar

Ambassadeur Kinar is geboren in 1941. Gehuwd met Ruthi en vader van twee kinderen.

Loopbaan:

1973-1976 Verantwoordelijk voor de Afdeling Jeugdaangelegenheden, Departement van Internationale Samenwerking, Ministerie van Buitenlandse Zaken.

1976-1981 Raad voor Politieke Zaken, Ambassade van Israël, Den Haag, Nederland.

1981-1983 Adjunct-Directeur, Departement voor Informatie, Ministerie van Buitenlandse Zaken.

1983-1988 Minister-Raad voor Cultuur, Pers en Informatie, Ambassade van Israël, Bonn, Duitsland.

1988-1990 Directeur-Generaal van het Kabinet van de Plaatsvervangend Directeur-General van het Ministerie van Buitenlandse Zaken.

1990-1993 Directeur van het Departement voor Betrekkingen met de Joodse Gemeenschappen in de Wereld.

1993-1995 Consul-Generaal, Consulaat van Israël, San Francisco et “North West Pacific”, Verenigde Staten.

1995-2000 Consul-Generaal, Consulaat van Israël, Toronto en “Western Canada”, Canada.

2000-2002 Ministerie van Buitenlandse Zaken, Jeruzalem. Geattacheerd als politieke raadgever van Buitenlandse Zaken bij de burgemeester van Jeruzalem, Ehud Olmert.

2002    Benoemd tot Buitengewoon en Gevolmachtigd Ambassadeur voor België en het Groothertogdom Luxemburg.

Universitaire Opleiding:

1961-1964  B.A. van de Tolkenschool, Universiteit van Genève

1962-1965  B.A. in Politieke Wetenschappen, Universiteit van Genève

1966-1968  M.A. in Afrikaanse Studies, Afrikaans Instituut, Genève

Talen:

Hebreeuws, Nederlands, Engels, Frans, Duits, Jiddisch