De wereld worstelt met haat op sociale media tijdens Gaza-conflict

Andy Vermaut.

In Krakau sloten experts vandaag een sessie af die de duistere kant van sociale media belichtte. Het vond plaats in het DoubleTree by Hilton hotel aan de Dąbska 5, als onderdeel van een delegatie naar Auschwitz op drie en vier november 2025, met als doel weerstand te bieden tegen haat en aanzetting. Om vijf uur in de namiddag begon de vierde sessie over de frontlinies van haat en de mist van oorlog, met focus op hoe sociale media en korte berichten meer en meer antisemitische houdingen hebben verankerd, bevorderd en aangemoedigd onder het mom van de Gaza-oorlog. Sprekers haalden aan hoe platforms zoals X en YouTube haatspraak verspreiden. Ze praatten over hoe discussies over het conflict vaak doorslaan in vooroordelen tegen Joden. Deelnemers deelden voorbeelden uit recente maanden. Het gesprek duurde met vragen over hoe dit te stoppen. Het eindigde met een oproep tot strengere regels. De stad Krakau, met haar eigen littekens, maakte de discussie extra diepzinnig. Het debat werd gemodereerd door Ralph Pais met sprekers Amjad Taha, Rawan Osman en Loay Alshareef.

Historische propaganda herleeft online

Haat tegen Joden kent een lange traditie die nu digitaal herleeft. In de middeleeuwen verspreidden pamfletten stereotypen over bloedlaster. Dat leidde tot pogroms in steden als Frankfurt. De drukpers maakte het makkelijker om leugens te delen. In de negentiende eeuw voedden kranten nationalisme met verhalen over Joodse samenzweringen. Politieke partijen gebruikten dit gretig in hun campagnes. De twintigste eeuw zag nazipropaganda via radio en film. Joseph Goebbels orkestreerde campagnes die Joden als vijanden afschilderden. Miljoenen luisterden en geloofden deze nazipropaganda. Na de Holocaust kwamen er wel wetten tegen haatspraak. Toch sluimert het door en nu nog meer dan ooit. Nu nemen sociale media die rol over. Korte berichten, beperkt tot 120 karakters, vereenvoudigen ook elke nuance. Ze veranderen discussies over Gaza in algemene aanvallen op Joden. Sprekers in Krakau wezen op alle parallellen. Net als oude pamfletten verspreiden sociale mediaberichten nieuwe theorieën snel. Algoritmes versterken ook wel de extreme stemmen. Dat leidt tot weerklanken en een megafoon van de haat uit het verleden.

Stijging van haatspraak sinds Gaza-oorlog

Sinds de start van de Gaza-oorlog steeg antisemitisme online sterk. Onderzoek toont vijftig keer meer “haatcomments” op YouTube-video’s over het conflict. Platforms zien een stijging in berichten die Joden van alle mogelijke problemen in de wereld de schuld geven. In het Verenigd Koninkrijk registreerden onderzoeksgroepen duizenden incidenten. Dertig procent van Britten koestert antisemitische ideeën. Sprekers haalden vandaag al aan hoe discussies over Israël vaak overlappen met ongelofelijk veel stereotypen. Een post over Gaza kan uitmonden in allerlei samenzweringstheorieën. X, vroeger Twitter, speelt daarbij nu ook een grote rol. Korte teksten moedigen vaak impulsieve reacties aan. Dat verankert de haat in het dagelijks discours. Deskundigen praatten over hoe algoritmes gebruikers in bepaalde bubbels duwen. Extremisten bereiken miljoenen mensen. In Frankrijk en Duitsland piekt haatspraak nog steeds. Online protesten slaan door in dreigementen. Het panel stelde dat dit allemaal geen toeval is. Haat wordt bevorderd onder het mom van kritiek op oorlog en waarschuwingen over radicalisering blijven heel vaak ongehoord.

De rol van korte berichten in radicalisering

Berichten van 120 karakters veranderen hoe mensen denken. Ze dwingen tot simplificatie. Alle mogelijke nuance verdwijnt. Sprekers legden uit hoe dit antisemitisme meer en meer aanmoedigt. Een tweet over Gaza kan snel viraal gaan. Dat trekt gelijkgestemden aan. Groepen vormen zich online rond deze haat en mensen worden online gehersenspoeld. In de Verenigde Staten waarschuwden rapporten al voor dit. Platforms als TikTok en Instagram verspreiden ook meer en meer video’s met vooroordelen. Jongeren zien dit als normaal en gaan daar ook naar handelen. In Europa voelen Joden zich meer en meer onveilig. Vijftig procent durft zijn identiteit niet langer te tonen. Het panel haalde voorbeelden aan uit recente campagnes. Hashtags over Gaza worden gemengd met antisemitische “memes” en online trollenlegers al dan niet met gebruik van artificiële intelligentie vallen je aan, wanneer je antisemitisme aanduidt. Dat verankert houdingen. Deskundigen wezen hier opnieuw op de historische parallellen. Net als radio in de jaren dertig radicaliseert sociale media nu. Gebruikers raken gevangen in een cyclus van haat. Hoe zit het feitelijk met de verantwoordelijkheid van de sociale mediabedrijven. Moet er niet terug betere moderatie komen? Zonder moderatie blijft de haat toch alsmaar groeien.

Europese reacties en gemiste kansen

Europa reageert veel te traag op deze online haat. In landen als Nederland en Zweden stijgen incidenten. Universiteiten worden plekken van spanning. Sprekers praatten over hoe overheden coördinatoren aanstellen. Toch hapert het in de uitvoering. Privacy botst al te vaak met deftige monitoring. De roep naar vrije meningsuiting compliceert ook het ingrijpen. Het panel wees wel op enkele succesverhalen. In Duitsland grijpen ze in op extremisme. Maar in het algemeen blijven waarschuwingen hangen. De Gaza-oorlog wordt gebruikt als dekmantel om Jodenhaat te versterken. Elke kritiek op Israël slaat meer en meer door in algemene haat. Deskundigen haalden aan hoe dit Joodse leven raakt. Synagogen krijgen beveiliging. Mensen verbergen hun identiteit. Als we dit gesprek nu durven koppelen aan Auschwitz… Tachtig, feitelijk eenentachtig jaar later herhalen de patronen zich opnieuw. Sprekers pleitten steeds voor onderwijs over media en sociale media. Jongeren moeten kunnen leren feiten scheiden van leugens. Internationale samenwerking is daaromtrent nodig. Landen moeten ook alle data durven delen om deze trends te stoppen. Deze sessie liet zien dat haat niet vanzelf verdwijnt.

Oproep tot verandering in digitaal tijdperk

Het panel eindigde met een oproep tot actie. Platforms moeten verantwoordelijkheid nemen. Gebruikers melden haat. Overheden stellen regels. Zonder dat blijft de mist van oorlog hangen. De delegatie naar Auschwitz herinnert ons aan deze gevolgen. Sprekers zagen hoop in eenheid van aanpak. Door onze kennis te delen vechten we terug.