Genocide in Gaza? Tien kritische vragen over de beschuldiging tegen Israël

Gewezen directeur-generaal bij Buitenlandse Zaken en topdiplomaat, Mark Geleyn, laat zijn licht schijnen op de oorlog in Gaza. “Wat Hamas wilde doen op 7 oktober, was genocide, niet de repliek van Israël.” (dinsdag, 16 september 2025)

De afgelopen maanden hebben steeds meer activisten, academici, politici en ngo’s Israël beschuldigd van “genocide” in Gaza[1]. Dat is een buitengewoon zware aantijging: volkerenmoord is volgens het internationaal recht de ernstigste denkbare misdaad, geassocieerd met bewuste uitroeiing van een volk zoals de Holocaust.

Sommige stemmen vinden het zelfs “moreel verplicht” om Israëls optreden als genocide te bestempelen, en wie dat niet doet zou “medeplichtig” zijn[2]. Anderen plaatsen daar vraagtekens bij: klopt het gebruik van deze term wel met de feiten en de juridische definitie? In dit artikel analyseren we de genocide-beschuldiging aan de hand van tien prangende vragen.

Wat verstaan we onder volkerenmoord? (Juridische context)

De term genocide (volkerenmoord) heeft een precieze definitie in het internationaal recht. Volgens het Verdrag ter Voorkoming en Bestraffing van Genocide van 1948 betekent genocide bepaalde daden, gepleegd met het opzettelijke doel om een nationale, etnische, raciale of religieuze groep geheel of gedeeltelijk te vernietigen[5]. Het gaat bijvoorbeeld om het doden van leden van de groep, het toebrengen van ernstig lichamelijk of geestelijk letsel, het opzettelijk opleggen van levensomstandigheden om de groep (gedeeltelijk) fysiek te vernietigen, het voorkomen van geboortes, of het gedwongen overbrengen van kinderen[6]. Cruciaal is dus het specifieke intentie: er moet aangetoond worden dat er een doelbewust beleid is om een bepaalde bevolkingsgroep als zodanig uit te roeien.

Het Internationaal Gerechtshof (ICJ) heeft benadrukt dat genocide een zeer hoge drempel heeft en ondubbelzinnig bewijs van die intentie vereist. Zo oordeelde het Hof in 2007 (Bosnië v. Servië) dat zelfs grootschalige moord niet als genocide telt zonder bewijs dat er daadwerkelijk een plan bestond om een bevolkingsgroep uit te roeien. Bovendien wordt het begrip in juridische zin beperkt tot de fysieke vernietiging van de groep; andere vormen van onderdrukking of verdrijving – hoe ernstig ook – vallen er niet automatisch onder[7]. Het “in geheel of in deel” vernietigen vereist doorgaans dat een substantieel deel van de groep het doelwit is.

Met deze context in het achterhoofd kunnen we de situatie in Gaza toetsen. Hieronder volgen tien kritische vragen die de aanklagers van “Israël pleegt genocide” moeilijk kunnen beantwoorden.

Vraag 1: Waarom trok Israël zich in 2005 volledig uit Gaza terug als het op volkerenmoord uit was?

Een staat die van plan is een bevolkingsgroep uit te roeien, zou normaal gesproken zijn greep op dat gebied verstevigen om dat doel te bereiken. In werkelijkheid deed Israël het tegenovergestelde: het heeft zich in 2005 eenzijdig teruggetrokken uit de Gazastrook, in het zogeheten “disengagement”-plan. Daarbij werden alle 21 Israëlische nederzettingen in Gaza ontmanteld en ruim 8.000 Israëlische kolonisten door het leger geëvacueerd[8]. Op 12 september 2005 waren alle Israëlische burgers en troepen weg uit Gaza, ondanks binnenlandse controverse en hevige protesten van sommige kolonisten[9].

Israël gaf hiermee de directe controle over Gaza op. Als Israël werkelijk van plan was de Palestijnse bevolking in Gaza te vernietigen, is het moeilijk te rijmen met deze terugtrekking. Integendeel, Palestijnen kregen de volledige interne controle over het gebied (via de Palestijnse Autoriteit, later overgenomen door Hamas). Een volkerenmoord vereist voortdurende dominantie om de doelwitten systematisch uit te moorden – maar Israël verliet juist de Gazastrook en liet 1,4 miljoen Palestijnen achter onder eigen bestuur[10]. Die keuze lijkt haaks te staan op een vermeende intentie tot uitroeiing.

Critici wijzen erop dat Israël Gaza ondanks de terugtrekking is blijven “controleren” via blokkades en grenscontrole. Het klopt dat Israël (samen met Egypte) grensoverschrijdend verkeer en goederenstromen reguleert – vaak aangehaald als “bezetting op afstand”. Maar regulering van grenzen is op zichzelf nog geen volkerenmoord. Er is geen bewijs dat de terugtrekking een kwaadaardige strategie was om later makkelijker genocide te plegen; in tegendeel, zoals destijds door toenmalig premier Sharon gesteld, speelden veiligheidsredenen en demografische overwegingen de hoofdrol bij het vertrek[11][12]. Feit blijft dat Israël sinds 2005 geen permanente militaire aanwezigheid meer in Gaza heeft. Wie Israël van genocide beschuldigt, moet verklaren waarom een “genocidale” staat vrijwillig zijn directe greep op het doelwitgebied prijsgeeft.

Vraag 2: Waarom groeit de Palestijnse bevolking sterk in plaats van te slinken?

Een kenmerk van genocide is dat de getroffen bevolkingsgroep dramatisch in aantal afneemt of helemaal verdwijnt. In Gaza zien we het omgekeerde: de Palestijnse bevolking is exponentieel gegroeid. Ter illustratie: in 1967 woonden er in Gaza ongeveer 394.000 Palestijnen[13]. Vandaag zijn dat er ruim 2 miljoen[14]. Met andere woorden, de bevolking is vervijfvoudigd sinds Israël het gebied in 1967 onder zijn hoede kreeg. Zelfs na jaren van conflicten, blokkades en meerdere Gaza-oorlogen blijft de bevolkingsgroei een van de hoogste ter wereld (circa 2% per jaar)[15].

Deze demografische trend is moeilijk te rijmen met een gestage volkerenmoord. In bekende genocides (bijvoorbeeld Rwanda 1994 of Srebrenica 1995) zien we juist een forse daling van de doelgroeppopulatie in korte tijd. In Gaza daarentegen is de populatie toegenomen. Sterker nog, zelfs tijdens de huidige oorlog vanaf oktober 2023 is er volgens schattingen geen significante daling van de bevolking opgetreden – sommige statistieken wijzen nog steeds op natuurlijke aanwas, ondanks alle verliezen[16].

Voorstanders van de genocide-stelling voeren de hoge aantallen doden en verwoestingen in Gaza aan. Het aantal Palestijnse slachtoffers sinds oktober 2023 is tragisch hoog (en betwist qua precieze omvang), maar absolute aantallen doden zijn op zich geen bewijs van een intentie tot uitroeiing van het hele volk. Zelfs al zouden er tienduizenden Palestijnen gedood zijn (wat op zichzelf gruwelijk is), dan nog is de populatie van ruim 2 miljoen verre van “vernietigd in zijn geheel of in deel” in de zin van het Genocideverdrag[5]. Er leven nog altijd miljoenen Palestijnen in Gaza, de Westelijke Jordaanoever en Israël zelf. Integendeel: over de decennia is de levensverwachting van Palestijnen gestegen en zijn hun aantallen gegroeid. Wie meent dat Israël al jaren genocide pleegt, moet verklaren waarom de “doelgroep” in cijfers juist floreert – iets wat bij een daadwerkelijke volkerenmoord ondenkbaar zou zijn.

Vraag 3: Waarom laat Israël grote hoeveelheden humanitaire hulp toe als het de bevolking wil uitroeien?

Gaza

Een vaak gehoord onderdeel van de genocide-beschuldiging is dat Israël via een blokkade “Gans de bevolking uitgehongerd en van basisbehoeften beroofd” zou willen uitroeien. Maar de feiten laten zien dat Israël – zelfs tijdens felle gevechten – beduidende hoeveelheden humanitaire hulp heeft doorgelaten of zelf geleverd aan Gaza’s burgerbevolking.

Sinds het begin van de oorlog (na de Hamas-aanval van 7 oktober 2023) zijn er bijna 100.000 vrachtwagens met hulpgoederen Gaza binnengekomen[17]. Deze trucks, gecoördineerd via Israël, Egypte en internationale organisaties, vervoeren voedsel, drinkwater, medicijnen, medische apparatuur en andere basisbenodigdheden. Israël heeft daartoe meerdere grensovergangen geopend of vrijgemaakt (Kerem Shalom, speciale gates bij Kisufim en Sikkim in het noorden) en werkt samen met zo’n 60–70 partners (VN-organisaties, Rode Kruis, NGO’s) om de hulp in Gaza te krijgen[18][19]. Een Israëlische coördinatie-officier beschreef de logistieke operatie als een “orkest” waarbij talloze instanties samenwerken om goederen veilig bij de Gazanen te krijgen[19].

Naast voedsel en medische goederen heeft Israël ook de voorzieningen deels hersteld: één van de kapotte hoogspanningslijnen naar Gaza is gerepareerd en levert weer stroom aan o.a. een ontziltingsinstallatie voor drinkwater[20]. Ook wordt gewerkt met buitenlandse steun (Verenigde Arabische Emiraten) aan nieuwe waterleidingen naar zuid-Gaza[21]. Toen de brandstofreserves van Hamas uitgeput raakten, herstelde Israël de levering van brandstof – strikt bestemd voor VN- en hulpverleningsvoertuigen, ziekenhuizen en generatoren[22]. Dit druist in tegen het beeld van een opzettelijke uitroging van de bevolking.

Inderdaad waren er periodes waarin Israël de toevoer sterk beperkte om militaire druk uit te oefenen op Hamas. Maar zelfs op het hoogtepunt van de gevechten werd er geen volledige hongerdood-strategie gevoerd: dagelijks gingen er hulptransporten door, en onder internationale druk werden tijdelijke “humanitaire pauzes” ingelast om voedsel- en brandstofleveringen te verhogen. Zo kwam er tijdens een staakt-het-vuren begin 2025 in korte tijd een hoeveelheid voedsel Gaza binnen die gelijkstond aan 315 dagen van de normale consumptie[23]. Israëlische autoriteiten stellen zelfs dat er méér hulp is toegelaten dan strikt vereist volgens internationale normen: “We hebben cijfers die laten zien dat er volop hulp is ingelaten, zelfs veel meer dan de minimumvereisten” zei een coördinator[24]. Dit alles is moeilijk te rijmen met de intentie om de bevolking uit te hongeren of te vernietigen. Een regime dat werkelijk volkerenmoord pleegt, zou hulpconvooien blokkeren, geen waterleiding repareren en geen graankorrels laten passeren.

Critici kunnen terecht opmerken dat de toegelaten hulp nog altijd niet voldoende is om alle noden te ledigen – de humanitaire situatie in Gaza blijft schrijnend[25]. Maar het fundamentele punt staat: Israël heeft de mogelijkheid én soms ook de plicht (als bezettende macht) om de toevoer volledig af te knijpen, maar koos er herhaaldelijk voor om humanitaire hulp toe te laten. Een staat die bewust een volk wil uitroeien, zou niet actief voedsel, water en medicijnen laten leveren aan dat volk.

Vraag 4: Waarom coördineert Israël medische zorg en evacuaties voor Palestijnse burgers?

Israël deelt miljoenen voedselpakketten uit via de Gaza Humanitarian Foundation

In een genocidaal conflict zouden we verwachten dat de verdrukkers de zieken en gewonden aan hun lot overlaten of zelfs doelbewust medische zorg verhinderen. In Gaza is echter gebleken dat Israël actief betrokken is bij het mogelijk maken van medische hulp voor Palestijnse burgers – zelfs midden in de oorlog.

Tijdens het conflict heeft Israël medewerking verleend aan de oprichting van 14 veldhospitalen in de Gazastrook[26]. Deze tijdelijke klinieken werden bemand door internationale teams (o.a. uit Jordanië, de VAE, Rode Kruis, Artsen zonder Grenzen) en boden levensreddende zorg. Israëlische autoriteiten faciliteerden de inspectie en doorgang van duizenden stuks medische apparatuur – van zuurstoffilters tot röntgenapparaten – om deze veldhospitalen te bevoorraden[26]. Bovendien zijn tienduizenden Palestijnse patiënten uit Gaza geëvacueerd voor medische behandeling[27]. De meeste gewonden werden via Israëlisch grondgebied overgebracht, hetzij over de grens, hetzij via vluchten vanaf Israël’s Ramon-vliegveld richting ziekenhuizen in het buitenland (bijvoorbeeld in de VAE en de EU)[27]. Deze grootschalige medische evacuaties vonden plaats onder toezicht en met toestemming van Israël.

Als Israël werkelijk uit was op maximale Palestijnse slachtoffers, zou het deze mensen niet in veiligheid brengen of medische hulp toestaan. Integendeel, het inschakelen van medici en evacuatievluchten wijst erop dat men het lijden van burgers probeerde te beperken. Zelfs bloedbanken werden ondersteund: toen er een tekort aan bloed in Gaza dreigde, coördineerde Israël de levering van donorbloed vanuit de Westoever[28]. En bij gebrek aan babyvoeding in Gaza zorgde Israël – in overleg met de VN – dat extra babymelkpoeder en voeding snel de grens over konden, waarbij die goederen voorrang kregen bij inspecties[29]. Dit zijn curieuze handelingen voor een “genocidale” macht.

Een bitter detail is dat Hamas regelmatig ziekenhuizen misbruikt als commandoposten of wapendepots[30], wat de Israëlische militaire operaties uiteraard bemoeilijkt. Desondanks is er vanuit Israëlische zijde telkens benadrukt dat civiele toegang tot medische zorg gegarandeerd moet blijven. Vandaar ook de inzet op veldhospitalen en evacuaties. Een Israëlische coördinator vatte het zo samen: “De oorlog is tegen Hamas, niet tegen de bevolking[31]. Mocht die uitspraak oprecht zijn, dan is dat lijnrecht in tegenspraak met een bedoeling tot volkerenmoord – bij genocide maakt men immers geen onderscheid tussen strijders en burgers, iedereen moet eraan.

Vraag 5: Waarom hielp Israël met het vaccineren van 90% van de Gazaanse kinderen?

Vaccins, babyvoeding en medicijnen. Dagelijks laat Israël hulp binnen. Dat staat haaks op een genocide.

Vaccins, babyvoeding en medicijnen. Dagelijks laat Israël hulp binnen. Dat staat haaks op een genocide.

Wellicht het meest sprekende voorbeeld: in de zomer van 2024, midden in de oorlog, werd Gaza getroffen door een dreigende polio-uitbraak. Polio is een besmettelijke ziekte die vooral jonge kinderen verlamt en dodelijk kan zijn. Wat deed Israël, de vermeende uitvoerder van genocide, in dit geval? Het werkte mee aan een grootschalige vaccinatiecampagne van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) om alle kinderen in Gaza tegen polio in te enten[32][33].

Israël stemde in met meerdere “humanitaire pauzes” in de gevechten om vaccinatieteams vrije doorgang te geven[34]. Internationale medische teams werden via Israëlisch grondgebied Gaza binnen gelaten om lokaal personeel te trainen[35]. De Israëlische strijdkrachten pasten zelfs hun operaties aan: ze staakten het vuren in bepaalde wijken en vaccineerden intussen ook hun eigen troepen preventief, zodat die geen virus zouden mee naar huis nemen[36][35]. Dankzij deze inspanningen kon de WHO in fases 1,2 miljoen vaccindoses uitdelen in Gaza[37]. Het doel was ten minste 90% van de kinderen te bereiken – een doel dat vrijwel gehaald werd, waarmee ca. 90% van alle Gazaanse kinderen onder de 10 jaar twee doses poliovaccin kregen[38][39]. Dit werd bevestigd door zowel COGAT (het Israëlische coördinatieorgaan) als de WHO.

Het resultaat? De polio-uitbraak werd ingedamd, en Gaza’s kinderen werden grotendeels behoed voor een verlammende epidemie. Een staat die volkerenmoord pleegt, gaat zijn ‘doelwitpopulatie’ niet massaal immuniseren tegen dodelijke ziektes. Integendeel, genocidale regimes hebben er baat bij als ziekten en ontberingen juist zoveel mogelijk slachtoffers maken. Het contrast in Gaza kon niet groter zijn: Israël hielp actief mee de gezondheid van Palestijnse kinderen te beschermen. Analist Ben Cohen merkte hierover op: “Israël voert in Gaza óf de vreemdste genocide uit die de wereld ooit gezien heeft, of helemaal geen”[40]. Want wat is dit anders dan levens redden?

boven militaire voordelen door lokaal het vuur te pauzeren voor vaccinatieploegen[35]. Dit is moeilijk te verenigen met het beeld van een genocide-pleger.

Vraag 6: Waarom waarschuwt het Israëlische leger Palestijnse burgers vóór aanvallen?

Duizenden flyers worden gedropt met berichten aan de bevolking en zones waar ze naartoe kunnen voor een grondoperatie.

Duizenden flyers worden gedropt met berichten aan de bevolking en zones waar ze naartoe kunnen voor een grondoperatie.

Uniek aan Israëls militaire tactiek – in elk geval in vergelijking met veel andere conflicten – is het stelselmatig waarschuwen van burgers voorafgaand aan aanvallen. Al jaren past het Israëlische leger zogenoemde “precautiemaatregelen” toe om burgerlevens te sparen: persoonlijke telefoontjes en sms-berichten aan bewoners van een pand dat aangevallen zal worden, het verspreiden van pamfletten boven wijken om mensen op te roepen te evacueren, en zelfs de beruchte techniek van “roof knocking” (een klein waarschuwingsbommetje op het dak laten ontploffen enkele minuten vóór een echte inslag)[41][42].

Tijdens de gevechten in Gaza na 7 oktober 2023 zijn deze methoden opnieuw op grote schaal ingezet. Honderdduizenden sms’jes en automatische oproepen gingen uit van het Israëlische leger om inwoners van Noord-Gaza aan te sporen naar het zuiden te vluchten, weg van de strijd. Israël verspreidde pamfletten die expliciet aangaven welke evacuatie-route veilig was en verzekerde de bevolking dat er geen kwaadwillige intentie tegen hen persoonlijk bestond – men wilde alleen “Hamas en niet u of uw familie” treffen, zo stond in sommige flyers. Dit blijkt uit voorbeelden van zulke Israëlische leaflets waarin duidelijk staat: verlaat dit gebied om buiten gevaar te zijn[43].

Daarnaast is herhaaldelijk gezien dat de Israëlische luchtmacht een aanval afblies of uitstelde als er te veel burgers in de vuurlinie stonden[44]. Er zijn documentaties (ook in video’s vrijgegeven door het leger) waarin piloten op het laatste moment een bom naar een terreurdoelwit terugroepen omdat er onverwacht kinderen in beeld kwamen. Dit past bij het officiële beleid: de IDF stelt “er alles aan te doen om burgerleed te beperken”[45].

Critici voeren aan dat deze waarschuwingen vaak onvoldoende of zinloos zijn – Gaza is zo dichtbevolkt dat mensen nergens veilig heen kunnen, zeggen zij, en een pamflet maakt een bom niet minder dodelijk. Dat neemt niet weg dat het geven van enige waarschuwing helemaal niet gebruikelijk is in oorlogen – denk aan Russische bombardementen in Syrië of Oekraïne waarbij geen sirenes of sms’jes vooraf klinken. Israël kiest er in elk geval wél voor actief te waarschuwen. Voor een “genocidaire” legermacht zou dit volstrekt contraproductief zijn: je wilt bij genocide immers juist verrassing en maximale lethale efficiëntie. Waarom zou Israël dan de beoogde slachtoffers de kans geven te vluchten?

Bovendien heeft Hamas zelf deze Israëlische terughoudendheid cynisch uitgebuit: vaak riepen Hamas-functionarissen burgers juist op de waarschuwingen te negeren en in hun huizen of op daken te blijven[46][47]. Er zijn gevallen bekend (gedocumenteerd door IDF dronebeelden) waarin na een roof-knock waarschuwing een menigte Palestijnen expres het dak op ging om de aanval af te dwingen tot afgelasting – een strategie waarbij Hamas inzet op menselijk schild. Het Israëlische leger heeft in dergelijke gevallen inderdaad afgezien van de aanval[47]. Dit gedrag – aanvallen afbreken om burgers te sparen – past niet bij genocide plegers, maar bij een krijgsmacht die, hoe gewelddadig haar bombardementen ook, ten minste probeert onderscheid te maken tussen combattanten en niet-combattanten. Kortom, de existentie van evacuatiewaarschuwingen en het afblazen van strikes vanwege burgers is een fundamentele tegenspraak met het idee dat Israël doelbewust zoveel mogelijk Palestijnen wil doden.

Vraag 7: Waar zijn de bewijzen van een Israëlisch voornemen tot volkerenmoord?

Ondanks beschuldigingen, heeft Israël sinds 7 oktober nooit alle water- en elektriciteitsvoorzieningen naar Gaza afgesloten

Ondanks beschuldigingen, heeft Israël sinds 7 oktober nooit alle water- en elektriciteitsvoorzieningen naar Gaza afgesloten

Om de zware beschuldiging hard te maken, zouden genocide-accusers eigenlijk concreet moeten aantonen dat Israëlische leiders of instellingen het plan of doel hebben om het Palestijnse volk (of een substantieel deel daarvan) uit te roeien. Hier wringt de schoen: zulke bewijzen ontbreken. Integendeel, wat we horen van officiële Israëlische zijde is steevast het tegenovergestelde. De Israëlische regering benadrukt bij voortduring dat haar strijd gericht is tegen Hamas, niet tegen het Palestijnse volk. Premier Netanyahu en andere hooggeplaatsten hebben meermaals verklaard “we hebben geen oorlog met de Palestijnse bevolking, zij zijn ook slachtoffers van Hamas”. Tijdens een zitting bij het Internationaal Gerechtshof op 29 december 2023 stelde Israëls juridisch vertegenwoordiger Tal Becker: “Hamas volgt een verwerpelijke strategie om zoveel mogelijk burgerslachtoffers te creëren – zowel Israëlische als Palestijnse – terwijl Israël juist probeert die te minimaliseren”. Becker voegde daaraan toe: “Als er al daden zijn gepleegd die als genocidaal gekarakteriseerd kunnen worden, dan waren die tegen Israël gepleegd. Als er ergens zorgen moeten zijn onder het Genocideverdrag, dan is het om de verantwoordelijkheid van staten om op te treden tegen Hamas’ openlijk verkondigde agenda van uitroeiing”[48]. Met andere woorden: Israël ontkent niet dat er grof geweld plaatsvindt, maar het wijst erop dat Hamas degene is die een volk wil vernietigen (namelijk Israël/Joden), en dat Israëls eigen doel beperkt is tot het uitschakelen van de daders van 7 oktober.

Natuurlijk kan men sceptisch staan tegenover zulke uitlatingen van een overheid – woorden kunnen verhullen. Toch is het frappant dat er geen enkel Israëlisch beleidsdocument, geen officiële retoriek, geen hoofd van staat is die oproept tot het “vernietigen van het Palestijnse volk”. Zulke genocidale taal – zoals we die kennen uit de geschiedenis (bv. Hutu-extremisten die opriepen “de kakkerlakken uit te roeien” in Rwanda, of Nazi-propaganda over “uitroeiing van het Joodse ras”) – ontbreekt in de Israëlische mainstream. In tegendeel, Israël presenteert zijn operatie (hoe vernietigend die feitelijk ook uitpakt) als een antiterreur-oorlog, niet als een rassenoorlog. Dit blijkt ook uit de feitelijke omgang met Palestijnen buiten Gaza: in Israël zelf leven ruim 2 miljoen Arabische inwoners, die niet systematisch worden vervolgd of gedood; velen dienen zelfs in het parlement, rechtssysteem, etc. Als Israël een beleid voerde van volkerenmoord tegen Palestijnen als groep, zouden zijn eigen Arabische burgers het eerste en makkelijkste doelwit zijn – wat overduidelijk niet het geval is.

Het contrast met Hamas kan niet duidelijker: Hamas spreekt wel in genocidale termen over Israëli’s en Joden (zie vraag 8 hieronder). Maar van Israëlische kant horen we geen equivalente retoriek jegens Palestijnen als volk. Natuurlijk zijn er controversiële uitspraken van individuele politici (sommige extreme stemmen hebben zich ontmenselijkend of wraakzuchtig uitgelaten). Toch is er geen bewijs van een gecoördineerde staatspolitiek om de Palestijnen fysiek uit te roeien. De ontbrekende intentie is precies waarom gerenommeerde juristen en zelfs de speciale VN-adviseur voor genocidenpreventie, Alice Nderitu, weigerden Israëls acties als genocide te bestempelen zonder harde juridische onderbouwing[49][50]. Nderitu kreeg zelfs bedreigingen omdat ze zei dat zo’n oordeel “complex is en door een bevoegde rechtbank onderzocht moet worden”[49].

Samengevat: wie Israël beschuldigt van volkerenmoord, moet kunnen aanwijzen wanneer en door wie er is besloten om het Palestijnse volk uit te roeien. Zulke aanwijzingen zijn er niet – sterker, de uitspraken en gedragingen van Israël wijzen richting het tegendeel (gerichtheid op Hamas, differentiatie tussen terroristen en burgers). Deze discrepantie verklaart wellicht waarom “genocide” vooral geroepen wordt in slogans en protesten, maar nog nergens formeel is bewezen in een rechtbank of VN-orgaan. Zelfs het Internationaal Gerechtshof oordeelde in januari 2023 in een advies over de bezetting niet dat er genocide gaande was, hoewel sommige internationale rapporteurs dat beweren[51].

Vraag 8: Waarom negeren de beschuldigers Hamas’ eigen genocidale daden en voornemens?

Dit is waar de oorlog echt over gaat. De gijzelaars vrij krijgen en zorgen dat Hamas 7 oktober nooit meer kan herhalen.

Dit is waar de oorlog echt over gaat. De gijzelaars vrij krijgen en zorgen dat Hamas 7 oktober nooit meer kan herhalen.

Een wrange paradox: de beschuldiging van “genocide in Gaza” tegen Israël kwam al enkele dagen na de Hamas-aanval van 7 oktober 2023 op gang[52]. Op die dag pleegde Hamas in Zuid-Israël een massaslachting waarbij zo’n 1200 Israëlische burgers – mannen, vrouwen, kinderen, bejaarden – op brute wijze werden vermoord, vaak met marteling, verkrachting en brandstichting. Hamas-leiders spraken zelf over een “heroïsche actie” en lieten in propaganda optekenen dat ze “alle Joden willen doden” en “Israel van de kaart willen vegen”. Hamas’ handelingen en retoriek op 7 oktober getuigden van een expliciete intentie om Joodse Israeli’s als groep te vernietigen (hun eigen woorden lieten aan duidelijkheid weinig te wensen over). Dit komt akelig dicht bij de definitie van genocide – namelijk daden plegen met de intentie een nationale/etnische groep uit te roeien[53].

Toch zien we dat velen die Israël nu van genocide betichten, volledig zwijgen over Hamas’ genocidale ideologie en daden. Dit is wat Salo Aizenberg en anderen een “omkering van daders en slachtoffers” noemen[54]. Tal Becker vroeg bij het ICJ terecht: “Degenen die Israël van genocide beschuldigen, noemen met geen woord Hamas’ uitroeiingsideologie en de genocide die op 7 oktober is begonnen en slechts door Israël is onderbroken”[53]. Hamas’ Handvest en toespraken roepen al jaren op tot de vernietiging van Israël en het doden van Joden – dat is genocidale ophitsing. Op 7 oktober toonde Hamas wat dat in de praktijk betekent. Toch kregen we direct daarna een lawine aan oproepen dat Israël de genocide-pleger zou zijn.

De vraag aan deze aanklagers is dus: Hoe kunt u de term “genocide” gebruiken op een wijze die de rollen precies omdraait? Hamas paste op 7/10 tactieken toe (gerichte massamoord, inclusief op kinderen en hele families) die eerder doen denken aan Rwanda 1994 of pogroms – klassieke genocidale acties. Israël’s daaropvolgende bombardementencampagne in Gaza was vernietigend, maar het motief was expliciet vergelding/veiligheid tegen Hamas, niet uitroeiing van Palestijnen als etnie. Zelfs het zeer kritische Washington Post opinieartikel van Goda & Herf (Holocausthistorici) stelt ronduit: “Critici gebruiken het woord genocide te snel voor Israël; het past beter op Hamas”[55][56]. De genocidebeschuldigers ontwijken de verantwoordelijkheid van de agressor (Hamas) voor zowel het beginnen van de oorlog als het veroorzaken van burgerleed door hun human shield-tactieken[57]. Ze keren de wereld op zijn kop door de reactie (hoe hard ook) van Israël te framen als doelbewuste volkerenmoord, terwijl de aanleiding – Hamas’ eigenlijke volkerenmoordpoging op Israëli’s – buiten beschouwing blijft.

Dit suggereert dat de term “genocide” hier niet zozeer een nauwkeurige juridische beschrijving is, maar een politiek wapen om Israël te demoniseren en onder druk te zetten de strijd te staken[58]. Becker merkte op dat het al in de eerste dagen na 7 oktober werd ingezet “om Israël te dwingen haar defensieve operatie te stoppen, terwijl Hamas een daadwerkelijk genocidaal programma nastreeft”[58]. Het negeren van Hamas’ misdaden – of erger, het vergoelijken ervan – ondermijnt de geloofwaardigheid van de genocide-aanklacht jegens Israël. Immers, als men werkelijk bezorgd is om volkerenmoord, zou men Hamas’ expliciete vernietigingsdreiging tegenover Israël/Joden net zo ernstig moeten nemen. Dat gebeurt zelden. Dit selectieve verontwaardigen wekt de indruk dat het narratief van “genocide” vooral dient om Israël te delegitimeren, in plaats van oprecht alle genocidale tendensen in het conflict aan te kaarten.

Vraag 9: Rekt men niet de definitie van “genocide” op om Israël te kunnen veroordelen?

Zoals eerder besproken, vereist de juridische definitie van volkerenmoord een specifieke intentie tot fysieke vernietiging van een groep[5]. Veel activisten en zelfverklaarde “genocidespecialisten” die Israël beschuldigen, hanteren echter een aanzienlijk ruimere definitie dan de juridische. Zij wijzen op de belegering van Gaza, de bombardementen, de vele doden en zeggen: kijk, een heel volk wordt kapotgemaakt – dus het is genocide. Sommige gaan nog verder en noemen het culturele genocide of stellen dat ook gedwongen verplaatsing genocide is.

In feite zien we hier een trend van definitie-uitbreiding die al decennia gaande is. Al in de jaren ’60 en ’70 probeerden politiek gemotiveerde groepen termen als “culturele genocide” of “structurele genocide” te lanceren, waarbij ook het verdrijven of langzaam marginaliseren van een volk onder genocide zou vallen[59]. Recente academische stromingen, zoals de theorie van settler colonialism, bestempelen vrijwel elke langdurige bezetting of kolonisatie als inherent genocidaal, omdat die zou neerkomen op “uitwissing van een inheemse bevolking” – zij het door verdringing of assimilatie[60]. De huidige VN-Speciale Rapporteur voor Palestina, Francesca Albanese, lijkt deze lijn te volgen door te suggereren dat Israëls beleid sowieso genocide zou zijn in een ruimere, activistische lezing van het begrip[61]. Maar, zoals twee Holocaust-historici opmerken: “dit is activisme, geen recht”[61].

In het recht geldt nog steeds de strikte definitie. En zelfs zonder de definitie te verbreden, hebben veel van de beschuldigingen problemen: ze bewijzen de intentie niet, ze baseren zich op twijfelachtige bronnen (zoals ongeverifieerde hoge dodentallen)[62], en ze negeren context (bijvoorbeeld dat Israël waarschuwt en evacueert – zie vorige vragen). Zo noemde een columnist (Shadi Hamid) de gedwongen evacuaties van Palestijnen binnen Gaza “etnische zuivering” als opstap naar genocide[63]. Maar mensen verplaatsen om ze uit de gevarenzone te halen – hoe traumatisch ook – is volgens de Genocideconventie niet hetzelfde als mensen uitmoorden. Het Genocideverdrag sloot bewust zaken als gedwongen verhuizing of culturele onderdrukking uit van de definitie[7]. Misstanden als etnische zuivering of oorlogsmisdaden kennen hun eigen classificaties in het internationaal recht, los van genocide. Door nu alles onder genocide te scharen, maken beschuldigers de term wel zeer elastisch.

Voorbeeld: men zegt “de bombardementen hebben een heel stadsdeel met de grond gelijkgemaakt, Gaza wordt van de kaart geveegd, dus men vernietigt een volk”. Dit soort retoriek verwart de vernietiging van een plaats met die van een volk. Verwoesting van infrastructuur – hoe erg ook – is niet per definitie genocide, tenzij het gepaard gaat met de bedoeling de mensen als groep te doden. In Gaza zien we zware verwoesting en veel doden, maar ook dat honderdduizenden Gazanen zijn gespaard gebleven doordat ze bijvoorbeeld naar veiliger zones trokken of via corridors konden ontkomen. Dat patroon is niet kenmerkend voor genocide, waarbij de moordenaars tot het bittere einde jacht maken op alle leden van de groep.

Zelfs de VN-adviseur Nderitu (genoemd in vraag 7) voelde de druk om Israël’s acties genocide te noemen, maar hield voet bij stuk dat zo’n conclusie feitelijk en juridisch niet zomaar te trekken is[49]. Haar mandaat werd niet verlengd, vermoedelijk omdat ze weigerde de activistische lezing te volgen[64]. Dit alles wijst erop dat de genocide-beschuldiging jegens Israël voor een flink deel rust op een gepolitiseerde herdefiniëring van genocide. Men heeft een moreel oordeel (Israël begaat gruweldaden) en grijpt naar het zwaarste label beschikbaar, ook als de situatie daar strikt genomen niet onder valt. Dat is begrijpelijk vanuit activisme, maar het ondermijnt de precieze betekenis van het woord en kan echte genocides elders bagatelliseren.

Kortom, de vraag aan de beschuldigers is: in hoeverre houdt u zich aan de internationaal gehanteerde definitie? Als men die loslaat, kan van alles “genocide” worden genoemd – van kolonisatie tot militaire bezetting. Maar dan verwordt de term tot een politiek scheldwoord in plaats van een strafrechtelijke categorie. In het geval van Israël en Gaza lijken veel aantijgers precies dát te doen: de definitie oprekken totdat hun beschuldiging past, in plaats van toetsen of de feiten wel binnen de bestaande definitie vallen.

Vraag 10: Waarom is Israël al zo vaak valselijk van genocide beschuldigd?

Een laatste kritische vraag betreft de geschiedenis van soortgelijke aantijgingen. Het is namelijk niet de eerste keer dat Israëls vijanden of critici het woord “genocide” in de mond nemen. Sterker, sinds Israëls ontstaan in 1948 circuleren er periodiek grove aantijgingen van volkerenmoord die achteraf ongegrond bleken. Zo werd Israël in 1983 door sommige Arabische bronnen beschuldigd Palestijnse meisjes op de Westoever massaal te hebben vergiftigd als deel van een “genocidaal plan”[65]. Dit bleek gebaseerd op een nooit bevestigd incident en kreeg later het stempel van verzonnen propaganda. In 1997 klonk de claim dat Israël Palestijnse kinderen moedwillig met HIV zou hebben besmet, eveneens gepresenteerd als “onderdeel van een genocide”[65]. Ook dit was een kwaadaardig gerucht zonder feitelijke basis. Beide gevallen – vergiftiging en HIV-besmetting – spelen in op oeroude antisemitische tropen (Joden die bronnen vergiftigen, kinderen doden etc.), gemoderniseerd in een politieke context. Destijds zijn deze beschuldigingen ontkracht, maar niet nadat ze veel schade aan Israëls reputatie hadden aangericht.

Fast forward naar het afgelopen conflict: opnieuw horen we absurde verhalen circuleren, zoals dat Israël zogenaamd het poliovirus zelf zou verspreid hebben in Gaza om vervolgens een “nep-vaccin” aan te bieden[66]. Dit soort complottheorieën – notabene verspreid door pro-Hamas kringen – geven aan dat sommige “genocide” roepers elke realiteitszin verliezen. Men wil koste wat kost Israël afschilderen als absolute boeman, zelfs als dat betekent het verzinnen van kwaadaardige plannen (het doet denken aan het middeleeuwse broodje aap van de Rituele Kindermoord).

De VN en internationale fora hebben eveneens een lange lijst van eenzijdige resoluties waarin Israël van de zwaarste misdaden wordt beticht. Norman Goda en Jeffrey Herf wijzen erop dat beschuldigingen van genocide aan Israëls adres “als confetti rondgestrooid liggen in de VN-archieven” sinds 1948[67]. Vaak gingen die hand in hand met antisemitische karikaturen: zo zou Israël opzettelijk Arabische kinderen massaal doden (een variatie op de “bloedlaster” mythe)[68]. De parallellen met klassieke Jodenhaat zijn zorgwekkend. Zeker nu zien we dat in sommige anti-Israël betogingen wereldwijd Joden in de diaspora worden aangevallen als “genocidale monsters”, wat direct geweld uitlokt. In Washington D.C. werden op 21 mei 2025 twee Joodse mensen vermoord door iemand die in zijn manifest expliciet verwees naar “genoegdoening nemen op de genocideplegers”[69][70]. Hij doelde op Israël, maar vermoordde willekeurige Joodse burgers in Amerika. Dit illustreert dat de retoriek van “Israël = genocidaal” het risico met zich meebrengt dat alle Joden als legitiem doelwit gezien worden[71][72]. Een bekend Palestijns-Amerikaans schrijfster, Susan Abulhawa, rechtvaardigde die moorden zelfs door de slachtoffers “genocide-cheerleaders” en “koloniserende babykillers” te noemen die nergens ter wereld nog veilig zouden mogen zijn[70]. Het is angstaanjagend: de genocidebeschuldiging keert zich als boemerang tegen Joden overal.

Waarom is dit relevant? Omdat het doet vermoeden dat het frame “Israel pleegt genocide” deel is van een propagandaoorlog tegen de Joodse staat, die diepe wortels heeft. Telkens als het conflict oplaait, verschijnt dit frame – los van de feiten. Het doel lijkt te zijn Israël moreel totaal te delegitimeren (immers, een staat die echt genocide pleegt is per definitie illegitiem). Door Israël in hetzelfde rijtje te plaatsen als Nazi-Duitsland of Rwanda’s Hutu-regime, hopen tegenstanders sympathie voor Israël te ondermijnen en internationale sancties of interventies te rechtvaardigen.

Dit wil niet zeggen dat Israël boven elke kritiek verheven is of geen oorlogsmisdaden zou kunnen plegen. Maar de specifieke aanklacht van genocide heeft een voorgeschiedenis van onwaarheden en antisemitische ondertonen. Daarom is extra scepsis geboden. Net zoals we inmiddels weten dat de geruchten over vergiftigde meisjes en HIV in de jaren ’80/’90 kwaadaardige leugens waren, moeten we de huidige genocide-claim grondig factchecken. Tot nu toe hebben we gezien (in de vorige vragen) dat de feiten niet stroken met een gepland uitroeiingsbeleid. Eerder tonen ze een bruut militair conflict met zware nevenschade, maar géén bewijs van een Holocaust-achtige intentie.

Conclusie
De leus “Israël pleegt genocide” is op het eerste gezicht indringend, maar houdt geen stand tegen kritische beschouwing. De tien vragen hierboven onthullen cruciale tegenstrijdigheden in die beschuldiging. Waarom zou een genocidale staat zijn eigen grip op Gaza verminderen, de bevolking laten groeien, noodhulp en medische zorg faciliteren, kinderen vaccineren en burgers waarschuwen voor gevaar? Waar is het plan tot uitroeiing, waar zijn de orders om een volk fysiek te vernietigen? In plaats daarvan zien we een oorlog die – hoe tragisch ook – gericht is op het uitschakelen van een terreurorganisatie (Hamas) die nota bene zelf openlijk uit is op vernietiging van een andere groep. De juridische definitie van volkerenmoord blijkt niet te passen op Israëls handelen, tenzij men die definitie met geweld oprekt.

Dit alles betekent niet dat de Palestijnen in Gaza geen onnoemelijk leed is aangedaan. Duizenden burgers zijn omgekomen, en de humanitaire situatie is verschrikkelijk. Dat verdient de aandacht en terechte kritiek van de wereldgemeenschap. Maar het etiket “genocide” op Israëls acties plakken, is feitelijk en historisch onjuist gebleken, en het vertroebelt een eerlijk begrip van het conflict. Sterker nog, het gevaar bestaat dat deze hyperbool het antisemitische cliché van de “Joodse moordenaar” nieuw leven inblaast, met gevolgen tot ver buiten het Midden-Oosten[71].

Helderheid is geboden. Laten we termen zoals volkerenmoord zorgvuldig en waarheidsgetrouw gebruiken. Alleen zo kunnen we recht doen aan de echte slachtoffers van genocide in de wereld – en tegelijk Israëli’s én Palestijnen beschermen tegen valse vergelijkingen die vrede en begrip niet dichterbij brengen, maar juist verder weg duwen.

Noot van de redactie: Bovenstaand artikel is een bewerking van een analyse oorspronkelijk opgesteld door Salo Aizenberg, auteur en bestuurslid van HonestReporting en onderzoeker voor NGO Monitor, de Henry Jackson Society en Fathom Journal, actief op X (voorheen Twitter). Zijn kritische vragen en onderzoekswerk vormen de basis van deze bijdrage.


[1] [2] [7] [48] [49] [50] [53] [55] [56] [57] [58] [59] [60] [61] [62] [63] [64] [65] [67] [68] [69] [70] [71] [72] Opinion | Critics are wrong to describe Israel’s war in Gaza as a ‘genocide’ – The Washington Post

https://www.washingtonpost.com/opinions/2025/06/03/israel-gaza-genocide-allegations

[3] The Blogs: The war over Gaza fatality numbers: A new push to prove Hamas’ count is too low | Salo Aizenberg | The Times of Israel

https://blogs.timesofisrael.com/the-war-over-gaza-fatality-numbers-a-new-push-to-prove-hamas-count-is-too-low

[4] Perspective: Genocide?

http://povcrystal.blogspot.com/2025/08/genocide.html

[5] [6] Genocide Convention – Wikipedia

https://en.wikipedia.org/wiki/Genocide_Convention

[8] [9] [10] [11] [12] Israeli disengagement from the Gaza Strip – Wikipedia

https://en.wikipedia.org/wiki/Israeli_disengagement_from_the_Gaza_Strip

[13] [14] A brief history of Gaza’s 75 years of woe | Reuters

https://www.reuters.com/world/middle-east/brief-history-gazas-75-years-woe-2023-10-10

[15] Gaza Strip – Wikipedia

https://en.wikipedia.org/wiki/Gaza_Strip

[16] Has Gaza’s population grown 2% since Oct. 7, 2023? No … – PolitiFact

https://www.politifact.com/factchecks/2024/dec/06/instagram-posts/has-gazas-population-grown-2-since-oct-7-2023-no-t

[17] [18] [19] [20] [21] [22] [24] [26] [27] [28] [29] [30] [31] 100,000 aid trucks and counting: Israeli official reveals scope of massive Gaza relie

https://www.ynetnews.com/article/hycfoswplg

[23] IINZ | During ceasefire 315 days worth of food & aid entered Gaza …

https://www.instagram.com/p/DH7139Ut-9J

[25] 20 killed as Gaza aid truck overturns, UN warns further ops endanger hostages

https://www.ynetnews.com/article/skocaoeogl

[32] [33] [34] [35] [36] [37] [38] [39] [40] [66] Israel facilitates massive polio vaccination drive in Gaza – JNS.org

https://www.jns.org/israel-facilitates-massive-polio-vaccination-drive-in-gaza

[41] [42] [43] [44] [45] [46] [47] How is the IDF Minimizing Harm to Civilians in Gaza? | IDF

https://www.idf.il/en/mini-sites/the-hamas-terrorist-organization/how-is-the-idf-minimizing-harm-to-civilians-in-gaza

[51] UN experts condemn ‘flour massacre’, urge Israel to end campaign …

https://www.ohchr.org/en/press-releases/2024/03/un-experts-condemn-flour-massacre-urge-israel-end-campaign-starvation-gaza

[52] Aizenberg (@Aizenberg55) / X

https://twitter.com/aizenberg55?lang=en

[54] 10 Questions ‘Genocide in Gaza’ Accusers Cannot Answer – X