Misleidend artikel over NGO-projecten in Palestina

Het bouwproject voor de nieuwe Palestijse stad Rawabi in de Westbank is volop aan de gang

In De Standaard van dinsdag 15 mei verscheen het artikel Israël vernietigt Europese hulpprojecten. De auteur van dit artikel houdt een belangrijk deel van het verhaal achter waardoor de argeloze lezer voor de zoveelste keer een eenzijdig beeld wordt opgedrongen van het Israëlisch-Palestijns conflict. Het artikel laat uitschijnen dat  de meeste projecten van Europese ngo’s worden vernietigd, dat klopt niet.

Het is immers cruciaal om in deze context te weten dat er in de Oslo-akkoorden drie verschillende gebieden werden gedesigneerd. Zone A, waar de meeste Palestijnen wonen, kwam zo onder Palestijns bewind voor wat betreft veiligheid en administratie, zone B kwam onder Palestijns bewind voor de administratie maar bleef onder Israëlische controle voor de veiligheid terwijl in zone C de  Israëlische controle voor beide aspecten bleef gelden.

De bedoeling van deze akkoorden was de Palestijnen de volledige vrijheid te geven om zelf hun administratie te regelen, van de ophaling van huisvuil tot het bouwen van scholen. En dat is goed gelukt ook want onder dit akkoord valt 96% van de Palestijnse bevolking in Zone A en B. Dat betekent dat ze zelfstandig kunnen instaan en beslissingen nemen over alle administratieve taken, dus ook het uitreiken van bouwvergunningen. Slechts 4% van de Palestijnen zou nog onder Israëlische controle resorteren. Al bij al toch een zeer gunstige regeling voor de Palestijnen, trouwens dat was de reden dat ze samen met Israël het akkoord ook hebben goedgekeurd.

Het artikel in De Standaard ging dus over de problemen voor die overige 4%. Maar dat kon je nergens lezen in het stuk waardoor je als lezer niet anders kon dan concluderen dat Israël alle projecten van ngo’s dwarsboomt.

“Vergunningen worden vaak geweigerd en de procedure is enorm tijdrovend en discriminerend”, stelt Broederlijk Delen in het artikel. Dat is manifest onjuist. “Van de 182 projecten die voor 2011 werden ingediend voor zone C kregen 119 wél toestemming, in 19 gevallen was er een weigering terwijl 44 projecten nog wachten op een goedkeuring”, aldus de officiële cijfers van Jason Edelstein, communicatie directeur van NGO Monitor, Jason Edelstein, tegen Joods Actueel.

Advertentie

Dat de procedure tijdrovend is klopt dan weer wel, maar daar zijn goede redenen voor. Elk project moet goed worden geanalyseerd omdat na de final-status onderhandelingen, die er ooit zitten aan te komen, het mogelijk is dat het grondgebied nog van eigenaar kan wisselen. Indien Israël nu een project zou goedkeuren waarbij het gebied later, in een akkoord, onder Israëlische controle zal vallen, dan zijn de Europese subsidies voor Palestijnse projecten eveneens een maat voor niets geweest. De hamvraag is dus of NGO’s zelf niet achteloos met Europese/Belgische gelden omspringen.

Trouwens, ook bij ons kennen bouwvergunningen soms een omslachtige procedure , denk maar aan het bouwen van een “tunnel of een brug” in Antwerpen of aan UPlace in Machelen. Het ware probleem is dat de Europese ngo’s simpelweg niet willen wachten op de nodige vergunningen en dan maar illegaal projecten op poten zetten. Ze doen dat enerzijds omdat ze op Europees geld zitten dat ze moeten uitgeven en anderzijds net met de bedoeling om conflicten met Israël uit te lokken.  Dat ngo’s, waaronder Broederlijk Delen, liever focussen op de 4% procent van het gebied waar inderdaad de procedures om voornoemde redenen minder eenvoudig zijn  – terwijl aan de overgrote meerderheid, 96% van de Palestijnse bevolking, wordt voorbij gegaan – is geen toonbeeld van vredeswil.

Vergeet bij dit alles niet dat Israël zelf een bouwstop heeft ingesteld voor de Westbank (niet voor Oost-Jeruzalem waar we steeds over lezen, maar daar gaat het hier niet om) hetgeen betekent dat er géén nieuwe nederzettingen meer worden gebouwd. Enkel bestaande dorpen mogen uitbreiden omwille van de bevolkingsaangroei maar van het opzetten van nieuwe steden kan er geen sprake zijn. De filosofie die daarachter schuilt is dezelfde: zolang de final-status akkoorden niet zijn afgerond is het geen goed idee om nieuwe Israëlische dorpen te bouwen als die mogelijkerwijze  in de toekomst bij de Palestijnse staat zou terecht komen.

De juiste conclusie is minder extremistisch dan de NGO-standpunten willen doen geloven en luidt dat de huidige impasse slecht is voor alle partijen. Zowel voor Israël als voor de Palestijnen. Het is dan ook bijzonder spijtig dat de Palestijnse regering weigert – want daar gaat het om, een botte weigering – om zelf nog maar aan tafel te zitten met de regering in Jeruzalem om te praten over de final-status akkoorden. Israël gaat natuurlijk ook niet helemaal vrijuit maar in deze zaak enkel de Joodse staat met de vinger wijzen is onjuist en oneerlijk. Wat mij betreft is de auteur van het artikel in De Standaard is mee verantwoordelijk voor de eenzijdige berichtgeving, dat had kunnen voorkomen worden door het principe van woord en wederwoord te respecteren.

Michael Freilich
Hoofdredacteur