Open brief aan Jonathan Moskovic van “Niet in onze naam” + REPLIEK

Beste Jonathan,

Ik verkies het om respectvol en persoonlijk te reageren, en niet anoniem via een onpersoonlijk kanaal zoals LinkedIn.

Wat mij verbaasde, is dat een kleine groep van zogenaamd “25 personnalités inspirantes”
(zie: https://www.linkedin.com/feed/update/urn:li:activity:7328325256341843969/)
het zich aanmeet om in naam te spreken van duizenden Joden die in België wonen.

Uiteraard heeft iedereen – Joods of niet-Joods – het volste recht op een eigen mening. Iedereen mag zelf bepalen op welke partij hij of zij stemt, en of hij of zij zich met Israël al dan niet verbonden voelt.

Advertentie

Wat ik echter niet begrijp, is dat u en de andere ondertekenaars naar de buitenwereld toe het beeld willen uitstralen dat er ook nog ‘goede Joden’ zijn – alsof anderen dat dan niet zouden zijn. Daarmee berokkent uw actie juist méér schade dan u wellicht beoogt.

De geschiedenis leert ons dat ook zij die “Duitser dan de Duitsers” wilden zijn, daar vaak zelf het slachtoffer van werden (zie bijvoorbeeld met persoonlijk verhaal: https://www.reddit.com/r/Jewish/comments/1f1nhel/is_it_true_that_many_jews_in_preholocaust_germany/).

De media zijn uw collega’s bovendien lang niet altijd goedgezind en presenteren u graag als een ‘nuttige Jood’ binnen hun narratief.
Elke Jood die hun verhaal bevestigt, wordt al te snel opgevoerd als woordvoerder van de hele gemeenschap, een voorstelling die minstens even problematisch is als het onterecht claimen namens anderen te spreken.

Als u uw engagement op deze manier wilt voortzetten, is dat uiteraard uw goed recht. Maar gebruik daarbij alstublieft niet de titel “Joodse Belg” alsof u namens ons allen spreekt. Ik voel mij noch door u, noch door mijn Joodse buurman – met wie ik het overigens prima kan vinden – vertegenwoordigd.

Met vriendelijke groeten,
G.L. (naam en adres bekend bij de redactie)

REPLIEK van dhr Jonathan Moskovic

Beste G.L.,

Advertentie

Dank je wel voor je open brief die je publiceerde op de website van Joods Actueel. Je legt daarin uit dat je bewust voor dit kanaal hebt gekozen in plaats van een anoniem privébericht, bijvoorbeeld via LinkedIn… terwijl je zelf ondertekent met enkel je initialen. De paradox is opmerkelijk.

Als je mijn passage vorige week bij De tafel van Gert hebt gezien – en zo niet, nodig ik je uit om die alsnog te bekijken – dan hoor je meteen in mijn eerste antwoord dat ik stel dat er binnen de Joodse gemeenschap evenveel stemmen zijn als er individuen zijn. Ik heb op geen enkel moment beweerd te spreken namens de “duizenden Joden” in dit land, zoals jij beweert. Ik spreek uitsluitend in mijn eigen naam.

Net om die pretentie – spreken namens iedereen – aan te klagen, hebben mijn medeondertekenaars en ikzelf deze opinietekst geschreven. We hebben er genoeg van dat bepaalde Joodse organisaties in onze naam spreken om het onverdedigbare te verdedigen. Wij voelen ons absoluut niet vertegenwoordigd door instanties die, ondanks het criminele beleid van de Israëlische regering, dit land blijven steunen zonder zich ooit de vraag te stellen wat dat betekent op het vlak van internationale rechtsregels of fundamentele morele principes.

Want daar gaat het hier over. Terwijl ik deze regels schrijf, vallen er nog steeds bommen op Gaza en blijft humanitaire hulp geblokkeerd aan de grenzen. Al onze energie zou moeten gaan naar het uitoefenen van druk op de Israëlische regering – via onze contacten, via diplomatie, via lobbywerk bij de Belgische of Europese instellingen – om deze steeds dodelijkere spiraal te stoppen. Er is al te veel bloed en tranen gevloeid. Het is meer dan tijd om hiermee te stoppen.

Mijn jodendom is een jodendom van solidariteit. Het is geworteld in de geest van de uitspraak: “Wie één leven redt, redt de hele mensheid.” Een humanistisch jodendom, waarin de mens – ongeacht afkomst – centraal staat. Een verlicht jodendom dat strijdt voor het respect voor het leven en de waardigheid van iedereen.

Je verwijt me dat ik mezelf voorstel als de “goede Jood” tegenover anderen die dan de “slechte” zouden zijn. Maar, beste G.L., daar gaat het helemaal niet om. Als er vandaag al twee kampen zijn, dan zijn het die van de menselijkheid, van de waardigheid en van het internationaal recht tegenover het kamp van blindheid, ontmenselijking en het weigeren de realiteit onder ogen te zien: massamoorden, een etnische zuivering.

Men zegt ons, Joden in de diaspora, vaak dat we onze rol moeten spelen als “kritische vrienden” van Israël. Goed. Maar als een vriend gewelddadig wordt, agressief is en alle regels met de voeten treedt, dan is het onze plicht hem dat duidelijk te maken. Niet om “Amen” te zeggen en hem verder te laten gaan op het verkeerde pad.

We staan op een kantelpunt in onze geschiedenis. Als we nu niet opstaan, wanneer dan wel? En als wij het niet doen, wie dan?