200 jaar Joods Consistorie van België

consistorie0004In 2008 vierde het Joods consistorie zijn 200ste verjaardag. Hierbij wat meer info over dit orgaan.

De werking en de rol van het Consistorie

De Belgische staat erkent synagogen/ gemeenschappen. Dat gaat om Joodse gemeenschappen in Antwerpen, Brussel, Gent, Charleroi, Knokke, Oostende, Waterloo, Luik en Aarlen.  Ze vormen samen de Consistoriale vergadering die meerdere malen per jaar bijeenkomt. Het Consistorie heeft in eerste instantie de verdediging van de belangen van de joodse eredienst in haar takenpakket.

Voorzitter Julien Klener merkt op dat het Consistorie, in tegenstelling tot bijvoorbeeld de moslimexecutieve, geen subsidies ontvangt van de staat. Stoten we op een discriminatie? ‘Vast en zeker niet’, aldus Klener, ‘We zijn blij omdat het judaïsme zichzelf verzekert van een echte onafhankelijke positie en subsidies meestal bijkomende complexiteiten met zich meebrengen’.

De Belgische staat betaalt wel de lonen van tweeënhalve secretariaatsmedewerkers van het Consistorie.  Met een takenpakket dat flink is toegenomen is dat absoluut geen luxe. Want sinds  de tweede wereldoorlog levert het Consistorie ook bijdragen aan het onderwijs van de joodse godsdienst in het lager en secundair onderwijs en de ondersteuning van de twee universitaire instellingen voor de studie van het Jodendom. Het Consistorie is ook betrokken bij de jaarlijkse Shoahherdenkingen via het Joods museum voor deportatie en verzet te Mechelen.

Advertentie


Twee eeuwen

Een tweehonderdjarig bestaan vieren als Joodse organisatie in een land dat nog maar net zijn 175ste verjaardag gevierd heeft dat vraagt om enige verklaring en van waar de datum 17 maart? Op 17 maart 1808 kondigde keizer Napoleon Bonaparte de regeling af die het organisatorische leven van de Joodse gemeenschappen in Frankrijk, (en wat nu België is) zou bepalen. Elk gebied kreeg een eigen consistorie en in Parijs zat dan het centrale consistorie. Consistorie betekent evenveel als raadkamer. Achteraf werd het Frans keizerlijk model getransfereerd naar de Belgische situatie. En zo is het Consistorie het enige door de staat erkende aanspreekpunt op het gebied van de erkenning van de Joodse gemeenschappen en de benoeming van de geestelijke leiders.

De creatie van het Joods consistorie was ook een daad met verstrekkende emancipatorische gevolgen. De nieuwe gunstige levensomstandigheden waren een logisch voortvloeisel uit het gelijkheidsbeginsel van de Franse Revolutie. Overal waar Napoleon zegevierde kregen Joden ‘eindelijk’ dezelfde rechten als andere burgers. Dus ook in onze contreien. Joden waren dan ook prominent aanwezig in de stoottroepen van de vooruitgang en wanneer de industriële revolutie zich enkele jaren later aandient is het niet verwonderlijk dat zij aan de basis staan van de oprichting van grote ondernemingen zoals ICI, AEG, De Beers, Havas, Reuter, Citroën en natuurlijk een aantal grote namen in de banksector.

Toch was Napoleon niet de eerste om Joden een volledige politieke, economische en religieuze vrijheid te laten genieten. Die eer is voorbehouden aan de Verenigde Staten die reeds in 1776 met hun onafhankelijkheidsverklaring deze gelijke rechten aan al zijn burgers toekende.

Joods Actueel vroeg aan historicus Dr. Herman Vandormael, ereconservator van het Kasteel van Gaasbeek of de motieven van Napoleon voor het installeren van de consistoriale overlegorganen werkelijk zo onbaatzuchtig waren. We citeren hem: ‘De Franse Revolutie luidde de bevrijding van het Joodse volk in geheel Europa in. De ‘Verklaring van de Rechten van de Mens en van de Burger’ bepaalde dat ook andere godsdiensten dan de katholieke, recht op bestaan hadden, en dat de belastingen over alle burgers moesten worden verdeeld; voordien werden Joodse burgers immers bijzondere belastingen opgelegd! Twee jaar later werden Joden voor het eerst volwaardige staatsburgers. Napoleon trok de lijn verder door met de ‘Code Napoléon’, waarin de godsdienstige of filosofische overtuiging van de burger geen rol meer speelde. Deze principes werden nadien door de legers van de keizer over heel Europa uitgedragen…
In 1808 richtte de keizer het Consistorie op. In dat jaar noteerden de Franse autoriteiten op het grondgebied van het latere België de aanwezigheid van …1158 Joden. Men kan aannemen dat het er de keizer vooral om te doen was de Joodse gemeenschap – zoals de andere godsdiensten – aan staatscontrole te kunnen onderwerpen. Hij had immers de reputatie aan een echte regelmanie te lijden. Van hem werd gezegd dat hij op de klok keek, en verklaarde: ‘Op dit ogenblik leren alle twaalfjarige scholieren aardrijkskunde
‘.

Postzegeluitgave 200 jaar Consistorie

postzegel Onder de voorgangers van Prof. Julien Klener als voorzitter van het Centraal Israëlitisch Consistorie van België bevinden zich markante persoonlijkheden. De voorzitters hebben met elkaar gemeen dat ze ‘leken’ zijn en geen bedienaars van de joodse eredienst… Mogelijkerwijze kan dit verband houden met de Code Napoleon, zeker is dat niet, maar wel zeker is dat het inmiddels een stevig gewortelde traditie is. De voorzitterslijst overlopen voert te ver in het bestek van dit artikel daarom belichten we kort één figuur: Jacob Wiener. We kozen voor Wiener omdat naar aanleiding van 200 jaar Consistorie de Belgische post een speciale zegel uitgeeft en deze consistorievoorzitter ook de eerste directeur was van het Belgische ‘Office du Timbre’.

Jacob (Jacques) Wiener (Hoerstgen bij Kamp-Lintfort, 27 februari 1815 – Brussel, 3 november 1899) was een graveur van munten, medailles en postzegels. Hij was vanaf 1839 werkzaam in Brussel. Jacob stamt uit een Joodse familie, die pas in 1808 de achternaam Wiener aangenomen heeft. Hij is de oudste van 10 kinderen van Marcus Wiener en Hanna Baruch. Op 4-jarige leeftijd verhuist hij naar Venlo. Wanneer hij 13 is geworden gaat hij in de leer bij zijn oom, de graveur Loeb Baruch, die in Aken woont. In 1848 krijgt hij de opdracht de gravure te maken van de eerste Belgische postzegel, met de foto van koning Leopold I. Deze opdracht voert hij samen met zijn broer Leopold Wiener uit. Wiener werd directeur van de Office du Timbre, dat de productie van postzegels in ons land moest organiseren. In 1987 wordt Jacques Wiener door de Belgische posterijen geëerd met een herdenkingspostzegel.

Op 17 maart is er dus de uitgifte van de nieuwe Consistoriepostzegel. De creatie ervan staat op naam van de bekende zegelgraveur Guillaume Broux, De afgebeelde kandelaar behoort tot het patrimonium van het Consistorie. De Post geeft aan filatelisten de volgende info over deze uitgave: waarde : € 0,90,  zegelformaat: 40,20 mm x 27,66 mm, blaadje: 100 mm x 166 mm, drukprocédé : gecombineerde raster- en staaldiepdruk, aantal platen: 6, velindeling: 10, tanding, papier: polyvalent phosphorescent.

Advertentie


De jubileumpublicatie 200 jaar Centraal Israëlitisch Consistorie van België.

consistorie0001De jubileumuitgave is zonder meer uitzonderlijk te noemen en dat niet in het minst door de medewerking en de publicatie van het uitzonderlijke fotomateriaal van de Brusselse fotograaf Georges Dekinder.

Het boek, een lijvige brochure van 60 pagina’s  geeft een overzicht van de erkende Belgische Joodse gemeenschappen en hun geschiedenis. De gepubliceerde beelden van synagogen maken het boek tot een begerenswaardig kleinood. Je kan nergens in één enkele publicatie zoveel waardevolle beelden van synagogen in België vinden. Voor Antwerpen levert dat bijvoorbeeld prachtige beelden op van de synagogen in de Hovenierstraat, de Oostenstraat en de Bouwmeesterstraat.

Opmerkelijk is ook de bijzonder fijngevoelige manier waarop ook in deze publicatie rekening werd gehouden met de taalgevoeligheden in dit land. Bij een Vlaamse synagoge staat de tekst vetjes in het Nederlands en de uitstekende vertaling ernaast in het Frans en omgekeerd voor synagogen uit het Franstalig landsgedeelte. In een artikel in La Libre Belgique merkte journalist Christian Laporte op dat ‘Klener die in 2000 Georges Schnek opvolgde zijn rol als coördinator perfect speelt. Hij is van Oostendse afkomst en houdt als de ideale bemiddelaar rekening met zowel de Vlaamse als met de francofone gevoeligheden’.

Meer inlichtingen over deze publicatie kan de lezer desgewenst verkrijgen op het secretariaat van het Consistorie J. Dupontstraat 2, 1000 Brussel.