Nieuw boek over Jodenhaat en Zionhaat

haat“Nog een boek over anti­semitisme, ofwel -harder van klank, maar juister- Joden-haat. Zijn er al niet genoeg? Nee, nooit genoeg.” Zo introdu­ceert Herman van Praag zijn boek ‘Joden-haat en Zion’s-haat’. Lezers lijken hem gelijk te geven: het boek is nu al spraakmakend.

De zaal zat vol bij de presentatie van  het nieuwste boek van prof. dr. Herman van Praag ‘Joden-haat en Zion’s-haat’, uitgebracht door CIDI en uitgeverij Aspekt. Het eerste exemplaar werd 6 april in de bibliotheek van Amstelveen overhandigd aan emeritus hoogleraar Nieuwste Geschiedenis Prof.dr. Maarten Brands.

Van Praag schreef een gedegen, maar tegelijkertijd zeer persoonlijke analyse van Jodenhaat. Persoonllijk, ten eerste omdat zijn expertise als psychiater duidelijk doorklinkt in zijn analyse van het wezen van de haat tegen Joden, die door de eeuwen heen steeds verschillende verschijningsvormen heeft.

Het is een pathologische haat, stelt de emeritus hoogleraar psychiatrie. Deze haat is destructief voor het voorwerp ervan en voor de hater – die zich niet afkeert van wat hij haat, maar er juist door geobsedeerd is en anderen tot zijn irrationele standpunt probeert te bekeren.
Dat laatste vormt de – alweer persoonlijke – reden voor deze verhandeling. “Het is bepaald ook ‘ons’ probleem”, stelt Van Praag: “Ontwijk ik de belager, weersta ik hem of daag ik hem uit? Hoe beperk ik eventuele schade. Hoe ga ik met de schade, eenmaal ontstaan, om?”

Van Praag zelf doet het laatste. Want er zijn niet alleen hatende “diehards, onwrikbaar overtuigd van hun gelijk, maar ook meelopers. Meelopers denken nauwelijks over de validiteit van hun motievenm na; ze praten mee, haten mee omdat zo velen uit hun omgeving dat doen en ze niet uit de toon willen vallen. In die groep, zo meen ik, hoop ik, is met redelijke argumenten mogelijk nog wel enige eer te behalen.”

Advertentie

De auteur wil dat dan vooral op het gebied waarin de jodenhaat zich nu begeeft. Volgens van Praag uit Joden-haat – aanvankelijk theologisch gefundeerd en vervolgens “racistisch” – zich tegenwoordig als ongemotiveerde, eenzijdige kritiek op de staat Israel met als ultieme boodschap de ontkenning van de legitimiteit van die staat. Van Praag noemt dit Zion’s-Haat. Het treft hem persoonlijk. “Het irriteert me en windt me op”, herhaalt hij in de fraai gestyleerde inleiding van dit betrokken boek. Vooral op die laatste vorm van haat richt Van Praag zich; over normale kritiek op de politiek van Israelische regeringen heeft hij het niet in dit boek over haat.

Jodenhaat is weer een actueel thema en kan, zoals is gebleken, een massavernietigings-wapen worden. De stelling van de auteur is dat Zion’s-haat dezelfde potentie bezit. In het postscriptum gaat de auteur in op de recente operatie van Israel in de Gazastrook.
Vooral om die opvatting is het boek al gelijk na de verschijning onderwerp van gesprek. Het publiek bij de presentatie koos ‘met de voeten’. Na een discussie onder leiding van Ronny Naftaniel, directeur van CIDI, schafte een flink aantal mensen zich een exemplaar aan, blijkbaar onder het motto: dit is een spraakmakend boek dat je gelezen moet hebben.

Het nieuwste boek van prof. dr. Herman van Praag ‘Joden-haat en Zion’s-haat’ wordt uitgebracht door CIDI en uitgeverij Aspekt. Het is te bestellen bij CIDI: klik hier om dit via deze site, telefonisch of schriftelijk te doen.

Joden-haat en Zion’s-Haat Een drama in vijf bedrijven door Prof. Dr. H.M. van Praag. Prijs: € 18,95
(excl. verzendkosten)ISBN 978-90-5911-795-2
Bron: Cidi

Een fragment uit het boek. p. 201

“In deze laatste ‘ noot met inhoud’ vermeld ik een lugubere ontwikkeling, zijnde de letterlijke samenvloeiing van Joden- haat en Zion’s- haat in het verschijnsel van de ‘Holocaust ontkenning’. Joden en Joodse organisaties zouden de Shoah verzonnen hebben, of op z’n minst schromelijk hebben overdreven en in ieder geval hebben misbruikt. De eerste twee aantijgingen zijn zo buitensporig, dat men er beter het zwijgen toe doet. De laatste is infaam. De Shoah zou misbruikt zijn en worden. Waartoe? Natuurlijk om er financieel beter van te worden en om politiek gewin: om steun te krijgen voor de oprichting van de Joodse Staat, die staat vervolgens in stand te houden en kritiek op die staat te ontmoedigen. Zo werd zelfs de Shoah, de onbetwistbare apotheose van de Joden- haat, tot speelbal gemaakt van de Joden- haters. Hoe diep kan haat een mens laten zinken?

De weinige Joden die de ramp overleefden stonden na terugkomst met lege handen. Al hun bezittingen en die van hun vermoorde familieleden en lotgenoten waren geroofd. Teruggave hiervan bleek niet op de agenda van de locale overheden voor te komen. Hun medeburgers bleken hiertoe evenmin van zins te zijn. Lang werd er het zwijgen toe gedaan: een oude Joodse galoet ( ballingschap) traditie:’ hou je gedeist; geef vooral geen aanstoot’.

Advertentie

Pas jaren later had de Jood de moed zich uit te spreken. Hij meende recht te hebben op genoegdoening. Recht op compensatie voor de materiële schade die hij had geleden; recht op smartegeld voor het onherstelbare psychische leed hem aangedaan; recht op ondersteuning bij de wederopbouw van de infrastructuur van de Joodse gemeenschappen die de nazi’s volledig vernietigd hadden.

Joden stelden zich vrijwel unaniem op achter de omvorming van het Joods Nationaal Tehuis in Palestina, tot een Joodse staat. Europa had geen poot uitgestoken om ‘hun’ Joden te redden. De inwoners hadden in grote meerderheid toegekeken, het hoofd afgewend of actief aan het drama meegewerkt. Ook voor de geallieerden was het geen onderwerp van grote zorg geweest. De tijd scheen gekomen de thuisloze natie hun tehuis terug te geven. De meeste Joden bleven de Joodse staat ook in later jaren- toen systematisch gepoogd werd die staat moreel te devalueren- trouw. De Joodse gemeenschappen die de dans ontsprongen waren, met name die in Amerika, vonden zij in meerderheid aan hun zijde.

Deze activiteiten in te kleuren met het motief ‘gewin’ is zowel liederlijk als ziekelijk. Het getuigt van destructieve Joden- haat in optima forma.