Egypte, een jaar na de val van Mubarak, Arabische lente of winter?

Ruim een jaar na de val van het regime van president Hosni Mubarak lijkt de crisis in Egypte nog altijd in omvang toe te nemen, schrijft de website missingpeace.eu waarvan wij volgend artikel hier overnemen.

De politieke crisis escaleerde nadat het Moslim Broederschap toch een eigen kandidaat benoemde voor het presidentschap. Deze beslissing kwam nadat het Broederschap samen met de Salafisten een overweldigende meerderheid in het Egyptische parlement had behaald.

Kort daarop werd duidelijk dat het Broederschap en de Hoge Raad voor de Strijdkrachten (SCAF), die Egypte sinds de val van Mubarak bestuurd, niet meer op één lijn zaten.
Daarbij gaat het om essentiële zaken zoals het opstellen van een nieuwe grondwet en de macht van het parlement.

Daarnaast liepen onderhandelingen over een broodnodige IMF lening stuk op het gebrek aan politieke steun voor het accepteren van de IMF voorwaarden. Een andere complicerende factor is het gebrek aan vooruitgang bij het opstellen van een nieuwe grondwet. Afgelopen weekend namen de spanningen verder toe toen diverse presidentskandidaten, waaronder Khairat al-Shater van het Moslimbroederschap en de Salafistische leider Abu Ishmail, werden gediskwalificeerd als presidentskandidaat.

Advertentie

De maatregel lijkt vooral de kandidatuur van de voormalige voorzitter van de Arabische Liga Amr Moussa ten goede te komen. De gediskwalificeerde kandidaten hebben overigens bijna allemaal beroep aangetekend tegen de beslissing van het toeziende orgaan.

Grondwet

De presidentsverkiezingen,die gepland staan voor eind mei,  zouden zelfs uitgesteld kunnen worden naar een later tijdstip. Dit komt omdat zowel de Islamisten als de liberalen van de legertop eisen dat er eerst overeenstemming zal moeten komen over de nieuwe constitutie. De  Islamisten, die een grote meerderheid hebben in het parlement, willen dat via de nieuwe grondwet de macht van de nieuwe president wordt ingeperkt en dat die van het parlement wordt uitgebreid.

Op andere gebieden verschillen de Liberalen en de Islamisten echter aanzienlijk van mening. Daarbij gaat het voornamelijk over de rol die Islam moet gaan spelen in de nieuwe grondwet van Egypte( invoering Sharia). De Hoge Raad van de Egyptische strijdkrachten (SCAF) besloot vorige week om het parlementaire comité dat het opstellen van een nieuwe grondwet moest voorbereiden, te ontbinden.

De maatregel kwam na onenigheid over de samenstelling van de raad die voornamelijk uit Islamisten bestond (Liberalen, kopten en vrouwen waren ondervertegenwoordigd in deze raad). De SCAF op zijn beurt had zijn eigen redenen voor het ontbinden van de constitutionele raad. Op die wijze probeert men de opstelling van een grondwet en de afbakening van de presidentiële macht te beïnvloeden.

 

Machtsoverdracht

Advertentie

De liberalen en Islamisten zijn er – waarschijnlijk terecht-  niet gerust op dat het leger echt al zijn macht zal overdragen aan het democratisch gekozen parlement. Dit wantrouwen blijkt ook uit de demonstraties die de laatste tijd weer regelmatig plaatsvinden en waarbij wordt opgeroepen tot het aftreden van de legertop. Ook wordt het ontslag van veldmaarschalk Hussein Tantawi geëist. Op 13 april jl. hielden de Islamisten bijvoorbeeld een massa demonstratie op het Tahrir plein tegen de invloed en macht van leden van de oude Mubarak-garde, waartoe ook  de legerleiding behoort. De demonstranten riepen dat het volk de “veldmaarschalk zal dwingen tot aftreden”, en dat de overblijfselen van het oude regime verwijderd moeten worden.”

 

Suleiman
Daarbij ging het de demonstranten vooral  om Omar Suleiman,  de voormalige vicepresident en directeur van Egypte’s inlichtingen dienst (Muchabarat),  die zich onlangs aanmeldde als kandidaat voor het presidentschap. Suleiman wordt gezien als een handlanger van Mubarak, en werd er van beschuldigd een ‘Israëlische agent’ te zijn. Ook werd hij op plakkaten samen met Mubarak afgebeeld naast een Davidster. Op zijn beurt beschuldigde Suleiman in een interview met de Egyptische krant Al-Youm Al-Saba’a Israël ervan om een aanleiding te zoeken om de Sinai woestijn opnieuw te heroveren op Egypte.

 

Diskwalificatie
Sinds het verkiezingscomité van het Hooggerechtshof op zaterdag 14 april besloot om een aantal presidentskandidaten te diskwalificeren,  zijn de spanningen verder toegenomen. Zo werd Omar Suleiman gediskwalificeerd omdat hij net niet genoeg handtekeningen had van supporters (volgens de Egyptische wet heeft een presidentskandidaat minstens 30.000 handtekeningen nodig om zich kandidaat te kunnen stellen).

De Salafistische kandidaat Abu Ismail werd afgewezen omdat zijn moeder de Amerikaanse nationaliteit  had (volgens de Egyptische wet moeten de presidentskandidaat; zijn ouders en ook zijn echtgenote allen de Egyptische nationaliteit bezitten).

De Moslim Broederschap kandidaat, Al-Shater, werd gediskwalificeerd omdat hij een crimineel verleden zou hebben. Het broederschap benoemde hierop direct een andere kandidaat in plaats van Al-Shater. De diskwalificaties komen op een moment dat Egypte al te kampen heeft met grote spanningen tussen de verschillende politieke en religieuze groeperingen, en kunnen voor een nieuwe explosie van geweld zorgen. De Salafistische leider Abu Ishmail voorspelde zelfs een Islamitische revolutie, wanneer de beslissing om hem te diskwalificeren niet wordt teruggedraaid.

Economie

Naast de politieke crisis is er de economische malaise die Egypte aan de rand van de afgrond heeft gebracht. Zo is de Egyptische reserve in buitenlandse valuta van 36 miljard dollar in januari 2011 teruggelopen tot 15,2 miljard dollar vandaag. In maart alleen nam de reserve met 600 miljoen dollar af ten gevolge van het wegblijven van toeristen. Saoedi Arabië en de Arabische emiraten, die tijdens het Mubarak regime Egypte financieel ondersteunden, stellen nu politieke voorwaarden aan nieuwe hulp. Recente pogingen van het Internationaal Monetaire Fonds (IMF) om Egypte aan een lening van 3,2 miljard dollar te helpen, zijn voorlopig op niets uitgedraaid. Dit komt omdat de Egyptenaren het onderling niet eens kunnen worden over de voorwaarden die de IMF stelt.

Een bijkomend probleem is dat veel Islamisten vinden dat Egypte geen buitenlandse hulp moet aannemen. Nadat er ongeveer twee en een halve week was gesproken over de voorwaarden voor de lening, keerde de IMF delegatie terug naar Washington zonder dat er een beslissing werd genomen. Een woordvoerder van de IMF zei na afloop dat Cairo eerst brede politieke steun zou moeten mobiliseren voordat de lening goedgekeurd kan worden.

Helaas komt  het uitblijven van deze lening op een zeer ongelukkig tijdstip, nu de politieke onrust in het land weer lijkt toe te nemen. Het Egyptische leger, dat eigenaar is van een conglomeraat van bedrijven en fabrieken, heeft al verschillende keren noodhulp gegeven aan de bevolking en aan de regering. Uit recente polls blijkt verder dat een meerderheid van het Egyptische volk tegen de IMF lening is , voornamelijk omdat er misverstanden bestaan over de reserves van de staat.

Zo wordt er algemeen aangenomen dat Mubarak en zijn familie ruim 70 miljard dollar op buitenlandse banken hebben weggestopt, en dat Egypte daardoor geen buitenlandse financiële hulp nodig heeft. Er is echter tot nu toe geen bewijs geleverd voor deze theorie. Op dit moment heeft Egypte minder dan $9 miljard dollar aan vlottende reserves, hetgeen neer komt op twee maanden import van essentiële levensbehoeften voor de bevolking.

IMF president Lagarde heeft inmiddels duidelijk gemaakt dat de lening van 3,2 miljard al niet meer voldoende is om de ergste problemen te verhelpen.

 

Israël

In Israël worden de ontwikkelingen in Egypte met grote bezorgdheid gevolgd. Daarbij gaat het niet alleen om de politieke ontwikkelingen maar ook om de toegenomen terreurdreiging vanuit de Sinai woestijn. De gaspijplijn naar Israël werd vorige week voor de veertiende keer opgeblazen en kort daarvoor werden twee Grad raketten op Eilat afgeschoten. Op dit moment is er nog coördinatie tussen het Egyptische leger en Israël over het onder controle krijgen van de anarchie en het toegenomen terrorisme in de Sinai woestijn.

De vrees bestaat echter dat na de machtsoverdracht door de SCAF deze situatie zal veranderen. Het Moslim Broederschap lijkt op dit moment niet geïnteresseerd in een directe verandering in de status quo met Israël. Dit heeft vooral te maken met de interne crisis in Egypte. Het Broederschap beseft dat Egypte op dit moment geen conflict kan riskeren met de internationale gemeenschap door het Camp David vredesakkoord met Israel ter discussie te stellen.

Amos Gilad, de directeur politieke zaken van het Israëlische ministerie van defensie waarschuwde onlangs echter voor ‘wishful thinking’ en maakte duidelijk dat het Broederschap Israël ziet als deel van het Islamitisch bezit (Wakf). Ook wees hij op het feit dat het Egyptische parlement onlangs al de banden met Israel wilde verbreken op het moment dat Israël reageerde op de raketbeschietingen van zuid Israëlische steden vanuit Gaza.

Verder is het nog maar twee maanden geleden dat het Moslim Broederschap het vredesakkoord met Israël dreigde op te zeggen. Dit gebeurde toen de VS overwogen om de hulp aan Egypte op te zeggen toen 43 Westerse activisten Egypte niet mochten verlaten.