Palestijnen ook slachtoffers van Arabieren
NIET ALLEEN ISRAEL HEEFT SCHULD AAN DIT CONFLICT
De Arabische landen zullen de Palestijnen niet helpen tot een vergelijk te komen, want zij willen geen vrede met Israël. Wat zou het mooi zijn als de Arabische wereld Israël eens ‘voor het blok’ zou zetten met een echt aanbod van vrede en normalisering, schrijft MIA DOORNAERT.
Dat zou de Palestijnen meer helpen dan de lippendienst die de Arabische broeders hun nu bewijzen. Hamas mocht Israël niet aanhoudend met raketten bestoken, maar Israël reageert nu ‘disproportioneel’. Dat is de meest gehoorde reactie op de oorlog in Gaza. Het probleem is dat wel niemand zegt wat een ‘proportionele reactie’ zou zijn. Dat Israël elk van de duizenden raketten van Hamas beantwoord had met een raket die ook exclusief op de burgerbevolkingen gericht is? Dat het ook zou kiezen voor zelfmoordaanslagen en autobommen? Natuurlijk niet.
Maar wat dan wel?
Het antwoord is dat er geen ‘proportionele reactie’ bestaat tegen een terreurorganisatie die, zoals ook de Hezbollah doet, de burgerbevolking als schild gebruikt. Want een militaire operatie tegen de geweldplegers zal, onvermijdelijk, heel veel slachtoffers maken onder de burgerbevolking.
Advertentie
Dat gebeurt nu in Gaza, waar het dodencijfer gisteren op 760 stond, waaronder zich volgens cijfers van de VN een derde kinderen bevindt. Dat is moreel schokkend, en dat schendt ook waarden waarop Israël zich beroept. Dat Hamas opzettelijk strijders of wapens op of bij scholen en ziekenhuizen plaatst, in een vertrouwde Arabische tactiek die ook in Irak gebruikt werd, is nog altijd geen rechtvaardiging.
Er bestaat enerzijds geen ‘proportionele reactie’ tegen organisaties als Hamas en Hezbollah, en anderzijds eisen militaire operaties te veel burgerslachtoffers. Wat is dan het antwoord?
Het antwoord is natuurlijk dat er vrede moet komen. Maar vrede, in de zin van de resoluties van de Veiligheidsraad, betekent een vrede met twee staten, Israël en een Palestijnse. Hamas, Hezbollah, en een aantal landen in de regio willen echter geen vrede met Israël. Ze zijn tegen het bestaan zelf van Israël gekant.
Naar de vredeskansen die Israël gemist heeft gaat er altijd veel aandacht en kritiek. Maar er wordt veel minder gelet op de vredesonwil van een groot deel van de Arabische en moslimwereld.
O ja, de Arabische landen hebben in Beiroet in 2002 een verklaring goedgekeurd die het bestaan van Israël lijkt te erkennen. Maar een vredesaanbod is er nooit gekomen, niet in de zin van erkenning van en normalisatie met Israël. Arabische landen, en Iran, blijven terreurorganisaties tegen Israël steunen. Diezelfde landen die elke dissident tegen het eigen regime kunnen vinden, beweren niet in staat te zijn de terreurorganisaties op hun grondgebied in toom te houden.
De media in de Arabische wereld en een ruimer deel van de moslimwereld staan bol van de jodenhaat. De ondertoon is nog altijd de ontkenning van het bestaansrecht van ‘de zionistische entiteit’. Dat laatste staat ook in het handvest van de Hamas (1988) dat uitpuilt van antisemitische taal. De Iraanse leiders spreken openlijk over de noodzaak om Israël te vernietigen.
Arabische lippendienst aan de ‘Palestijnse broeders’ is er volop. Maar veel van die broeders vegeteren sinds generaties in kampen, waar een enorm VN-budget naartoe gaat. Ze kregen niet de kans een nieuw leven te beginnen in de ‘broederlanden’. Wie dat normaal vindt, moet eens terugdenken aan de periode na het einde van de Tweede Wereldoorlog in Europa. Miljoenen mensen zijn toen uit hun traditionele woongebieden verjaagd, zonder dat zij enige schuld droegen aan die oorlog. Welke vrede zou Europa nu kennen als men al die mensen, en hun afstammelingen, in kampen had gehouden, onder het motto van het ‘recht op terugkeer’? De geschiedenis is vaak onrechtvaardig, maar wie nooit de bladzijde kan omslaan, schept nog meer onrecht.
Advertentie
In 1948 ontketenden drie Arabische landen een oorlog tegen het pas opgerichte Israël, waardoor honderdduizenden Palestijnen vluchteling werden. Na de zesdaagse oorlog van 1967 bood Israël onderhandelingen aan over een ruil van grond voor vrede. Het antwoord van de Arabische Liga was een drievoudig neen: aan besprekingen met Israël, aan vrede met Israël, aan het bestaan van Israël. Er mocht geen morzel islamitische grond naar een Joodse staat gaan.
Nog altijd komt er uit de Arabische wereld, en een goed deel van de moslimwereld, alleen een taal van haat en wrok, tegen Israël, tegen ‘de Joden’, tegen de westerse ‘kruisvaarders’. Niet de onefficiënte, corrupte Arabische regimes, die er niet in slagen welvaart en goed bestuur en toekomstperspectieven te scheppen voor hun bevolkingen zijn schuldig aan het verval van een wereld die op een schitterende cultuur kan terugblikken en op de grootste olievoorraden te wereld zit. Neen, de schuld ligt altijd bij anderen, te beginnen met de ‘zionisten’ en de ‘kruisvaarders’.
Israël vormt een gemakkelijke zondebok, en de Palestijnse zaak de enige die de, intern zo verdeelde, Arabische wereld een emotionele verbondenheid geeft.
Al die elementen, te beginnen met het hardnekkige verzet tegen de oprichting van Israël in de ‘dar-al-islam’ (het gebied van de islam) maken dat Israël nog nooit een echt vredesaanbod kreeg dat een veiligheidsgarantie inhield. En intussen gaan Hezbollah en Hamas, gesteund door onder meer Syrië en Iran, verder met hun uitputtingsslag. Als Israël niet reageert, geeft het indruk dat het kwetsbaar is en dat ‘de Joden’ kunnen weg geterroriseerd worden. Als Israël repliceert leidt dat tot tragedies zoals in Gaza.
Dat Israël vredeskansen heeft gemist, dat het zijn eigen principes schendt in zijn behandelingen van de Palestijnen op de westelijke Jordaanoever en Gaza is een feit, en dat is al honderdduizend maal gezegd en geschreven. Maar te vaak wordt vergeten hoezeer de Palestijnen ook het slachtoffer zijn van Arabische en andere moslimlanden, die niet de bereidheid tot ware vrede hebben met het piepkleine land dat Israël is. Het is jammer dat ook de ‘vredesbeweging’ maar al te vaak die taal van eenzijdige haat overneemt.
Mia Doornaert is redactrice buitenland.