Politici verontwaardigd over selectieve Israël kritiek

In een rapport van 65 pagina’s beschuldigt Amnesty International de troepen ‘moedwillig’ burgers te hebben aangevallen tijdens de vijandelijkheden. Het rapport spreekt ook over ‘het plegen van ernstige schendingen van het oorlogsrecht’, ‘onwettige moorden’ en zelfs ‘oorlogsmisdaden’.

Neen, dit is geen rapport over de Israëlische operatie tegen Hamas in Gaza, het is een verslag gepubliceerd in juni 2000 naar aanleiding van de militaire operatie van de NAVO in Kosovo.

vlag2

Er zijn burgerslachtoffers gevallen in Gaza, en een VN-rapporteur vraagt om een onderzoek naar Israëlische oorlogsmisdaden. Er zijn nochtans conflicten waarbij Westerse landen actief zijn die veel meer burgerlevens hebben geëist, waarvoor nooit een onderzoek is gevraagd. In een artikel verschenen in de kranten De Standaard, De Morgen en in Joods Actueel uiten enkele politici, professoren en publicisten kritiek op deze selectieve verontwaardiging.

Advertentie

De ondertekenaars van het stuk zijn:

Michael Freilich is hoofdredacteur van Joods Actueel; Marc Cogen is professor internationaal recht aan de UGent; Paul Wille (Open VLD) is senator en ondervoorzitter Raad van Europa; Mia De Schampelaere (CD&V) is federaal volksvertegenwoordiger; Mark Verhaegen (CD&V) is federaal volksvertegenwoordiger; Ludo Van Campenhout (Open VLD) is federaal volksvertegenwoordiger; Hans Schoofs (Open VLD) en Annick De Ridder (Open VLD) zijn Vlaams volksvertegenwoordiger; Ludwig Caluwé en Carl Decaluwé (CD&V) zijn Vlaams volksvertegenwoordiger, Jurgen Verstepen (LDD) is Vlaams volksvertegenwoordiger; Dirk Verhofstadt is kernlid Liberales; Benno Barnard is auteur.

Selectieve verontwaardiging over Israël dient het vredesproces niet

In een rapport van 65 pagina’s beschuldigt Amnesty International de troepen ‘moedwillig’ burgers te hebben aangevallen tijdens de vijandelijkheden. Het rapport spreekt ook over ‘het plegen van ernstige schendingen van het oorlogsrecht’, ‘onwettige moorden’ en zelfs ‘oorlogsmisdaden’.

Neen, dit is geen rapport over de Israëlische operatie tegen Hamas in Gaza, het is een verslag gepubliceerd in juni 2000 naar aanleiding van de militaire operatie van de NAVO in Kosovo. Daar namen behalve Amerikaanse grondtroepen ook Franse Mirages, Britse Tornado’s, Italiaanse Harriers en Belgische, Nederlandse, Deense en Turkse F-16’s aan deel, naast Canadese F-18’s; en voor het eerst sinds 1945 was ook de Duitse Luftwaffe actief in gevechtssituaties.

Balans van de oorlog in Servië: meer dan 1.000 burgerslachtoffers volgens verschillende mensenrechtengroepen. De vice-voorzitter van de Joint Chiefs, Generaal Ralston verklaarde opgelucht te zijn over het “relatief kleine aantal burgerslachtoffers, die op minder dan 1.500 worden geschat”. (Gen. Joseph W. Ralston, Vice Chairman, Joint Chiefs of Staff, AFA Policy Forum: ‘Aerospace Power and the Use of Force’, 14 September 1999.)

Advertentie

Ondanks het rapport van Amnesty over de oorlog zal het niet verbazen dat geen enkele betrokken militair of regeringsleider ooit werd vervolgd.

Maar vandaag, na de militaire operatie van Israël tegen Hamas, vraagt VN-rapporteur Falk (die Israël in het verleden al van nazi-praktijken beschuldigde) wél een onderzoek tegen dat land wegens oorlogsmisdaden. Activistengroepen hebben ook al een dossier ingediend bij het Internationaal Gerechtshof in Den Haag en zijn van plan Israël in een tiental Europese landen aan te klagen. Dat is natuurlijk hun volste recht, mits de discussie hierover maar comparatief en contextueel is.

Over hoeveel burgers er in het Gaza-conflict omkwamen bestaat er geen duidelijkheid. De cijfers van Hamas spreken van zeshonderd burgerdoden. Pers die ter plaatse geraakte, zoals de verslaggever van de Italiaanse krant Corriere della Sera maakt meding van de helft of driehonderd.

Waar het wel om gaat is de vraag of er in het conflict excessief veel geweld is gebruikt in vergelijking met andere oorlogen. Het heeft evenwel geen zin conflicten als die in Soedan, Congo, Nicaragua of Oeganda in de vergelijking te betrekken, want van landen in de Derde Wereld schijnt men excessief geweld al te gemakkelijk te aanvaarden – een vreemde vorm van binnenstebuiten gekeerd racisme. Trouwens ook over de marteling en standrechtelijke executie van honderden Fatah-aanhangers, door Hamas gepleegd na de terugtrekking van het Israëlische leger, zwijgt de straat, zwijgen de actiegroepen, zwijgt de VN.

Laten we onze vergelijking daarom tot de westerse landen beperken. In de twee oorlogen van Rusland tegen de opstandige republiek Tsjetsjenië werden volgens verschillende bronnen meer dan 60.000 burgers gedood, van wie een deel in koelen bloede is geëxecuteerd. In Irak registreerden mensenrechtenorganisatie de namen van 100.000 burgerslachtoffers, terwijl in Afghanistan tussen 7.000 en 10.000 burgerslachtoffers te betreuren vallen.

‘We praten hier over Israël en niet over Tsjetsjenië of Servië,’ is een argument dat wel vaker wordt aangehaald in dit soort discussies. Dat doet denken aan een debat tussen Abbott Lawrence Lowell, de beruchte racistische rector van Harvard, en de Amerikaanse rechter Leonard Hand. Lowell liet weten dat hij zo weinig mogelijk Joden aan Harvard wilde, met als argument dat de Joden bedrog zouden plegen op examens. Daarop repliceerde Hand dat niet-Joden even vaak bedrog pleegden. De repliek van Lowell luidde: ‘U verandert van onderwerp, we zijn hier nu over Joden aan het praten!’

Voor Israël impliciet een hogere standaard hanteren dan voor andere staten, met als enig doel tegen dat land te kunnen fulmineren, roept luide vraagtekens op. Israël aan ethische normen onderwerpen die ‘wij’ andere westerse landen niet opleggen, getuigt van een buitengewoon merkwaardig internationaal moreel systeem.

Dat betekent geenszins dat de ondergetekenden iedere handeling van de staat Israël zouden goedkeuren. Ook Israël is een feilbaar land. Ook Israël heeft vaak grove fouten gemaakt. Maar wij protesteren tegen de eenzijdige verontwaardiging, die altijd weer klinkt alsof Israël een demonische staat is, omringd door vele lichtende democratieën, waartegen wij nooit op straat hoeven te komen. In het geval van de oorlog in Gaza lijkt het wel alsof volgens een bepaalde westerse opinie gewoon niet genoeg Israëlische soldaten zijn gesneuveld om de behoefte aan ‘eerlijkheid’ te bevredigen.

En laten we ook niet vergeten dat in Gaza, anders dan in Kosovo, de tegenpartij doelbewust scholen, moskeeën, woonblokken en de verdere civiele omgeving gebruikt heeft om raketten af te vuren. Ook nam Israël de tijd om waarschuwingsbriefjes uit te strooien over gebieden die zouden worden gebombardeerd en telefoontjes te plegen om de omwonenden te waarschuwen. Dat heeft geen enkel leger ooit eerder gedaan.

Hamas is een totalitaire gewapende beweging die geen andere bewegingen naast zich duldt, die terreurmethoden jegens de eigen bevolking gebruikt, om de haverklap aanvallen onderneemt tegen Israël, en volgens haar eigen Handvest de vernietiging van de staat Israël en de Joden nastreeft. Kortom, Hamas staat niet voor vrijheid, democratie en mensenrechten, maar voor een theocratische dictatuur als die van de ayatollahs van Iran, die Hamas zo graag sponsoren met wapens.

De stemmen die nu moord en brand schreeuwen tegen Israël hebben weinig ondernomen om Rusland, de VS of de NAVO door een oorlogstribunaal te laten veroordelen. De beschuldigingen aan het adres van Israël kunnen derhalve niet anders worden beschouwd dan als pogingen om moedwillig de Joodse staat te demoniseren. En ze zijn veelal ingegeven door mensen die het basisprincipe van Israëls bestaansrecht betwisten, en zo elke duurzame vredesoplossing onmogelijk maken.

Kunnen we een dergelijk ongelijke en selectieve toepassing van het oorlogsrecht verdragen? Dat is de vraag waarover de internationale gemeenschap zich dient te buigen en niet de vraag of Israël, en Israël alleen, inbreuken pleegt tegen internationale regels en het oorlogsrecht.

Als internationale bepalingen over mensenrechten in het algemeen en het oorlogsrecht in het bijzonder nog van enige betekenis willen zijn, dan moeten ze op comparatieve wijze toegepast worden, in overeenstemming met de ernst van de inbreuken die een staat pleegt, en niet op basis van zijn populariteit in de rest van de wereld.

Michael Freilich, hoofdredacteur van Joods Actueel

Marc Cogen, professor internationaal recht UGent

Paul Wille, senator en ondervoorzitter Raad van Europa

Federale volksvertegenwoordigers Mia De Schamphelaere, Ludo Van Campenhout en Mark Verhaegen.

Vlaamse volksvertegenwoordigers Hans Schoofs, Ludwig Caluwé, Annick De Ridder, Jurgen Verstrepen en Carl Decaluwé

Dirk Verhofstadt, kernlid Liberales

Benno Barnard, auteur

Alan Dershowitz,professor rechten Harvard

Kristel Monten, licentiaat ziekenhuiswetenschappen

Yves Van de Steen, eredirecteur Vlaams Parlement

Louis Davids, oprichter Belgisch-Israëlitisch Weekblad

Sonja de Schaepdryvera, ethica

Guido Joris journalist,