Spanning stijgt tussen seculier en orthodox Israël
JERUZALEM De spanningen tussen seculiere en ultraorthodoxe Joden in Israël nemen toe. Het jongste twistpunt vormt de scheiding van mannen en vrouwen in de bus. Het was een vertrouwd gezicht in bus 56, de lijndienst tussen de Jeruzalemse wijken Mea Shearim en Ramat Shlomo: mannen voorin, vrouwen achterin.
Tot zondagavond. Zo’n 200 mannen en vrouwen hadden zich in de Israëlische hoofdstad verzameld om te protesteren tegen de scheiding van mannen en vrouwen in de bus. In groepjes van tien tot twintig personen stapten zij demonstratief op lijn 56 en deelden stickers uit: ”Discriminatie tegen vrouwen is mijn rode lijn”. Tot grote confrontaties kwam het niet. Er werden wat eieren gegooid en scheldwoorden uitgewisseld. Veel ultraorthodoxen reageerden echter schouderophalend op het protest. „Veel mensen interesseert de scheiding van mannen en vrouwen in bussen helemaal niet”, aldus de 25-jarige Yehuda, een ultraorthodoxe Jood die in de wijk Mea Shearim woont, zondag tegen de krant Jerusalem Post. „Er is maar een kleine groep die het wil.”
Een vrouw die anoniem wilde blijven was echter een andere mening toegedaan. „Als ze in deze bus stappen, moeten ze ons respecteren. Ze doen dit alleen maar om ons te provoceren.” De actie van zondagavond is illustratief voor de oplopende spanningen tussen seculiere en ultraorthodoxe Joden in Israël. De seculiere gemeenschap is in toenemende mate gefrustreerd over de uitzonderingspositie die ultraorthodoxe Joden in Israël innemen. Zo is er onvrede over het feit dat ultraorthodoxe jongeren geen dienst in het leger hoeven te doen en dat hulpverleners met stenen worden bekogeld als ze op de sabbat door orthodoxe wijken in Jeruzalem rijden. En over de strikte scheiding tussen mannen en vrouwen in de bus. De ultraorthodoxe gemeenschap voelt zich intussen behoorlijk bedreigd door de recente acties. En dat liet ze dit weekeinde duidelijk blijken.
Zaterdag demonstreerden zo’n 1500 ultraorthodoxe Joden in Jeruzalem. De betogers hadden zich verzameld om te protesteren tegen de hetze die in hun ogen in heel Israël tegen hun levensstijl wordt gevoerd. Zij vergeleken de Israëlische staat met nazi-Duitsland. De mannen en jongens, zogenoemde haredim, waren boos over de vermeende „onderdrukking en opruiing” door de seculiere gemeenschap in Israël. Tientallen droegen kampkleding en de gele Jodenster, het symbool van de Jodenvervolging.
Overlevenden van de Holocaust waren woedend over de betoging. Het Israëlische Holocaustherdenkingscentrum Yad Vashem noemde het gebruik van beelden uit het nazitijdperk schandelijk. Ook andere organisaties voor overlevenden van de Holocaust veroordeelden de betoging. De onenigheid tussen seculiere en ultraorthodoxe Israëliers is de afgelopen tijd al een paar keer nadrukkelijk aan de oppervlakte gekomen. Zo deden duizenden Israëliërs vorige week mee aan een protestmars tegen religieus fanatisme en discriminatie van vrouwen in de plaats Beit Shemesh.
Advertentie
Reformatorisch Dagblad 2 januari 2012