“Ik koop wel groenten en fruit uit Israël”
Diverse organisaties roepen op om geen producten uit Israël meer te kopen. Meer bepaald is er een oproep om geen Israëlische landbouwproducten te consumeren. Volgens hen is het de bedoeling om druk uit te oefenen op dat land. Maar is dat wel zo ?
Opiniestuk door Thierry Debels
Een van de actievoerders is Tobias Van Os. De man is verbonden aan Oxfam Wereldwinkels en, toeval of niet, bij Oxfam worden concurrerende producten uit ‘Palestina’ verkocht. Merkwaardig toch op zijn minst.
Meer ten gronde roept deze campagne eigenlijk bijzonder akelige herinneringen op. In 1933 werd immers opgeroepen om niet meer bij de ‘Joden’ te kopen: “Kauf nicht beim Juden”. Ik beweer niet dat de oproep tot economische boycot van Israël antisemitisch is. Maar ik kan me voorstellen dat antisemieten zich onder deze oproep comfortabel zullen verschuilen. Een indicatie is wel dat volgens het tijdschrift Joods Actueel (december 2008) berichten op de website van CODIP in verband met de boycot “overgenomen” worden door nazistische websites als stormfront.
Advertentie
Bij de campagne wordt steevast als argument naar voor geschoven dat ‘men’ Zuid-Afrika ook ‘op de knieën gekregen heeft’ met de boycot van Zuid-Afrikaans fruit. Is het ironisch dat in die periode Israëlische producten, vooral sinaasappels, net een enorme stimulus kregen ?
De analogie ‘Zuid-Afrika/Israël’ gaat evenwel niet op. Want eigenlijk wil men geen druk zetten op Israël maar Israël straffen. Israël straffen ? Wel, wie zeker gestraft wordt, zijn de landbouwers die deze producten telen. Wat bovendien vergeten wordt, is dat de ‘Palestijnse’ en Israëlische economie sterk verweven zijn. In een recente studie in het Policy Studies Journal (PSJ) wordt dit onomstotelijk aangetoond door hoogleraar Raf Reuveny. Ongetwijfeld worden dus ook de ‘Palestijnen’ getroffen door deze boycot. Rechtstreeks of onrechtstreeks.
De oproep om Israël economisch te boycotten is eigenlijk niet nieuw. Al in 1922 (!) werd door de Arabische landen beslist tot een economische boycot. Tijdens het Vijfde Palestijns Arabisch Congres werd een resolutie goedgekeurd waarbij werd opgeroepen aan alle Arabische burgers om Joodse ondernemingen uit ‘Palestina’ te boycotten. De boycot werd geïnstitutionaliseerd in 1945 met de oprichting van de Arabische Liga. Eigenlijk is de boycot de facto nog steeds van kracht.
Chaim Fershtman en Neil Gandal onderzochten in het Rand Journal of Economics wat de effecten waren van deze boycot. Ze stellen vast dat een economische boycot zelden het beleid van ‘krachtige landen’ verandert. Hiermee sluiten ze zich aan bij een eerdere studie van Hufbauer en zijn collega’s uit 1990. Wat ze wél bewerkstelligen is een groot verlies van het producenten- en consumentensurplus. In gewone mensentaal: de grote verliezers zijn de consumenten en de producenten. Niet de regeringen.
Een andere zekerheid die we hebben bij de boycot van Israëlische landbouwproducten, is een opflakkering van haat tegen de Joodse gemeenschap in ons land. Een polarisatie van ideeën ook. Met andere woorden: een boycot van Israëlische producten werkt eigenlijk net contra-productief. Is dat de bedoeling van de campagne ?
Een ding is zeker: vanaf nu ga ik bewust op zoek naar Israëlisch fruit.
Advertentie
Thierry Debels is auteur. Hij schreef dit stuk in eigen naam.