Anti-Israëlactivist kampt met ernstige vorm van Stockholmsyndroom

Dokter Jan Cools nam deze zomer deel aan de zogenaamde vluchtflottielje naar Ben Goerion, de Israëlische nationale luchthaven. Een zeer onrealistische protestpoging die in zeven haasten door anti-Israëlactivisten werd georganiseerd na de volledige mislukking om met schepen de marineblokkade voor de kust van Gaza te doorbreken. Die schepen kregen een afvaarverbod van de Griekse havenautoriteiten.

België was overigens, met meer dan veertig activisten, waaronder zes minderjarigen, om herrie te schoppen op de Israëlische luchthaven, oververtegenwoordigd. Dokter Cools en zijn metgezellen werden, zoals voor hun vertrek al door Israël aangekondigd, stante pede naar een detentiecentrum afgevoerd, in afwachting van hun gedwongen repatriëring naar ons land.

Na zijn terugkeer in België, beweerde Cools in een uitgebreid verslag op een extreemlinkse website, dat hij in Israël slecht behandeld werd. De PVDA-dokter vertelt hoe zijn geneesmiddelen voor een nierprobleem hem werden afgenomen. Het is echter een standaardprocedure in alle democratische landen, dat bij detentie, gevangenen hun medicatie niet mogen behouden, aangezien inname in grote hoeveelheden gevaar kan opleveren.

In zijn verhaal zegt Cools dat hij mentaal volledig is ingestort, een alinea verderop heet het “een psychologische crash, ook de opbouw van zijn getuigenis spreekt boekdelen over de geestelijke gezondheidstoestand waarin de dokter verkeert. De verhalen achteraf over de slechte behandeling van de anti-Israëlische provocateurs en ook die van dr. Cools staan in schril contrast met de verklaringen van het Belgische ministerie van Buitenlandse Zaken en van de Belgische diplomaten in Israël, die zonder uitzondering opmerkten dat alle gearresteerde landgenoten in Israël correct behandeld werden.

Advertentie

Bovendien weigerde Cools zijn medicatie, zoals blijkt uit zijn eigen verklaring, hij schrijft hierover het volgende: “Vrijdagavond, rond 21u, zijn we in de gevangenis ondervraagd door iemand die zich voorstelde als verpleegkundige. Ik heb vermeld dat ik nierproblemen had en dat ik geneesmiddelen nodig had. Men heeft me toen gevraagd die geneesmiddelen op te schrijven. Nadien is mij aangeboden om medicijnen uit hun apotheek te krijgen. Ik heb dit geweigerd omdat ik geen vertrouwen kan hebben in medisch personeel dat samenwerkt met een dergelijk repressief regime”. Tiens, tiens, het is anderzijds genoegzaam bekend dat dokter Cools over een groot vertrouwen beschikt als het communistische en moslimdictaturen betreft…

Eerder in zijn getuigenis suggereert Cools nog meer fraais: “Ik ben niet aangevallen, geslagen en gestampt zoals een Belgische jongeman van Marokkaanse origine, daar hij een medeactivist wilde helpen, die volledig in paniek geraakte, omdat zij meegevoerd werd om ondervraagd te worden en alleen maar kon vermoeden wat haar als jonge vrouw te wachten stond”.

Stockholmsyndroom

Het is trouwens een groot raadsel wat Cools in de Palestijnse gebieden wilde gaan zoeken. Hij werd namelijk in 1988 dertien maanden gevangen gehouden in een Palestijns kamp in Libanon, nadat hij er gekidnapt werd en beschuldigd van spionage voor Israël. Die gebeurtenis haalde toen het wereldnieuws en na de uitbetaling van een grote som geld en na meer dan een jaar werd de arts pas vrijgelaten. Eenmaal terug in België vertelde hij hoe hij maandenlang op een smerige en afschuwelijke manier werd behandeld. In elk geval heeft de vrijlating van dokter Cools deze maand door de Israëlische autoriteiten de Belgische belastingbetaler geen zes miljoen dollar gekost – het bedrag dat Buitenlandse Zaken aan de Palestijnse terroristenvrienden mocht ophoesten om Cools in 1989 terug naar zijn huisartsenpraktijk te brengen.

Om de finesses van dokter Cools en zijn Palestijnse strapatsen te vernemen, is het afwachten geblazen tot de memoires van minister van Staat Marc Eyskens, die op dat ogenblik minister van Buitenlandse Zaken was, gepubliceerd worden.

Ondertussen is duidelijk dat we hier te maken hebben met een schoolvoorbeeld van het Stockholmsyndroom. Het Stockholmsyndroom is een psychologisch verschijnsel dat soms optreedt tijdens een gijzeling en houdt in dat de gevangene na een traumatische ervaring sympathie voor de gijzelnemer krijgt. De benaming komt van de Norrmalmstorg-overval op de Kreditbanken aan het Norrmalmstorg in Stockholm en de daaropvolgende gijzeling van 23 tot 28 augustus 1973. De gegijzelden namen het voor hun gijzelnemers op, zelfs nog ná de zesdaagse gijzeling. Tijdens de verhoren hielden ze zich in ten voordele van de gijzelnemers. De criminoloog en psycholoog Nils Bejerot, die de politie toen bijstond, gaf uiteindelijk de naam aan dit verschijnsel.

Guido Joris