CCOJB niet te spreken over Unia-verklaring Aalst Carnaval


Het Comité de Coordination des Organisations Juives de Belgique, CCOJB, (nvdr de Franstalige Joodse koepelorganisatie) veroordeelt krachtig het gebrek aan onderscheidingsvermogen van UNIA in het dossier van de antisemitische karikaturen die opgevoerd werden tijdens het carnaval in Aalst.

De CCOJB peilt niet naar de onderliggende bedoelingen van UNIA en evenmin naar de intenties van de organisatoren van het Aalsterse carnaval. Het CCOJB kan alleen de rampzalige gevolgen van het carnaval betreuren: de massale verspreiding (direct en indirect) van extreem geladen antisemitische vooroordelen (haakneuzen, controle van de economie en banken, ..). Is dit wat we onze kinderen willen tonen? Het de doet denken aan de hatelijke, racistische of homofobe slogans die in voetbalstadions gescandeerd worden, onder het mom van folklore.

We staan perplex bij het vernemen van de inhoud van het meest recente persbericht van UNIA.
Dialoog is een krachtig hulpmiddel maar wanneer dit enkel een milde toespraak en een steriele juridische analyse oplevert maskeert het enkel luiheid.

Het is enkel in ons land dat men opvallend onverschillig lijkt te zijn omtrent deze kwestie: de Europese Commissie en UNESCO hadden duidelijk en terecht gereageerd op de antisemitische excessen van het carnaval en ook de wereldpers berichtte erover.

Is het aan UNIA om UNESCO en anderen een lezing te geven om deze misbruiken als aanvaardbaar neer te zetten? Feiten die nota bene door de slachtoffers zelf als antisemitisch worden beoordeeld.

Advertentie

Yohan Benizri, voorzitter van de CCOJB en vice-president van het Europese Joodse Congres reageert scherp:

“UNIA heeft geen enkele opdracht om de slachtoffers van discriminatie te veroordelen, noch om wettelijke en morele signalen te verzenden, waardoor een ongelukkige situatie herhaald of verergerd wordt. Met dit gedrag, en wellicht ondanks zichzelf, wordt deze instelling intens in diskrediet gebracht in de ogen van bepaalde gemeenschappen wiens belangen UNIA wil behartigen. Onze premier heeft al herhaaldelijk omtrent discriminatie gesteld dat : “de schaamte dient van kant dient te veranderen.”