Afgestudeerde leerlingen vernietigend over ex-lerares die Joodse school zwart maakt

De redactie van Joods Actueel ontving volgende lezersbrief van twee voormalige leerlingen van de Jesode Hatora school in Antwerpen. Deze school kwam onlangs in de VRT-reportage Koppen aan bod als een quasi broeinest van het fundamentalistische Joodse onderwijs in ons land.

Wie is er maatschappelijk onaangepast?

Ex-leerkracht aan de Jesode-Hatorah school, Hilde wynen

Wij wensen te reageren op de ‘Koppen’-reportage van donderdag 17 maart over de censuur in de Jesode Hatora-school te Antwerpen. Meerbepaald wil ik het hebben over de spilfiguur van deze reportage, die ook al eens in oktober anoniem op tv en in de kranten verscheen. Met de overige figuren, politici incluis, die al dan niet anoniem aan bod zijn gekomen heb ik absoluut geen probleem, wel integendeel. Zij hebben enkel ware feiten aangehaald,  contextueel geduid, niet geïnsinueerd en geen enkel detail aangepast om in de kraam van de eigen versie te passen.

Maar bij het bekijken van het aandeel van ex-lerares Hilde Wynen bekruipt me echter een onaangenaam gevoel. Het gevoel dat het totale gebrek aan context, het totale gebrek aan duiding over de discrepantie tussen de theoretische en de praktische censuur, de subtiel aangepaste details en de halve waarheden in de richting van een eigen agenda wijzen.

Begrijpt u me niet verkeerd, ik ben zelf een tegenstander van censuur en met mij heel wat andere ex-Jesode leerlingen. Verbaast u dat? Niet moeilijk, Hilde Wynen heeft in al haar media-optredens krampachtig haar best gedaan om te insinueren dat wij achterlijke en radicale wezens zouden zijn die niet kritisch zouden kunnen nadenken. En met succes, zo blijkt, want de kranten en reportages koppen (what’s in a name) ‘Joodse school/gemeenschap radicaliseert’ dat het een lieve lust is en de lezerscommentaren liegen er niet om. Her en der weerklinkt de roep om dat broeinest van onverdraagzame fundi’s eens stevig aan te pakken.

Ik pik het echter niet dat een ex-leerkracht die elf jaar lang in contact is gekomen met een bepaald deel van de joodse gemeenschap en dat nog steeds doet via onder andere Facebook (maar wel wil laten uitschijnen dat Jesode-leerlingen niet zouden kunnen omgaan met moderne media), het werkelijke beeld over deze leerlingen censureert.

Advertentie

Vooreerst  hebben we het totale gebrek aan context in deze media-optredens. Ja, er is censuur in de Jesode-Hatora. Neen, niet iedereen is het daarmee eens. (Kent u überhaupt principes waar joden het er unaniem over eens zijn?) De realiteit is trouwens dat een niet onaanzienlijk deel van de ouders sinds lange tijd begonnen is om ontbrekende delen in de opleiding die zij belangrijk achten privé bij te geven. Absurdistan volgens u? Wellicht, maar wel ontegenzeggelijk het bewijs dat zij noch radicaal, noch achterlijk zijn.

De directie van de Joodse school ontkent de censuur

Ook over de omgang van de leerlingen met de censuur in de dagdagelijkse praktijk valt het één en het ander te zeggen. U hoeft geen groot psychologisch inzicht te hebben om te beseffen dat puberende leerlingen die geconfronteerd worden met censuur in negen gevallen op de tien uit pure nieuwsgierigheid de zin of het plaatje tegen een lamp zullen houden. In de praktijk komt de censuur trouwens niet op alle vlakken tot uiting, ook als daar misschien aanbevelingen voor bestaan. In mijn lessen geschiedenis werd niet alleen over andere goden en godsdiensten gepraat, er werd ook feilloos over lesgegeven. Een aantal door mij persoonlijk bevraagde leerkrachten die nu nog aan deze school lesgeven, schetsen trouwens ook een genuanceerder beeld.

Wat betreft de inspectiebezoeken aan de school, werden we in de ‘Koppen’-reportage met het zoveelste staaltje van manipulatie geconfronteerd. De afdeling lagere school is namelijk in 2007-2008 gevisiteerd en het inspectierapport daarvan is online beschikbaar. Door letterlijk te zeggen dat ze in geen elf jaar een inspecteur van de Vlaamse Gemeenschap in de school heeft gezien, maar te verzwijgen dat deze informatie enkel betrekking heeft op de afdeling secundair, wil Hilde Wynen de indruk van straffeloosheid wekken of versterken. Welke baat kan het opzettelijk weglaten van dit ‘detail’ anders hebben? Juist.

Jesode Hatora krijgt sinds een vijftiental jaar doorgaans met twee soorten aangeworven leerkrachten te maken. De eerste soort ziet in het lesgeven aan deze school een extra uitdaging en blijft. Het is dankzij deze leraren dat ik vandaag ben geworden tot wie ik ben. Anderzijds heb ik het volste begrip en respect voor de tweede soort, die op consequente wijze na een aantal maanden of hoogstens jaren beseft dat onderwijzen in deze school niet voor hem/haar is weggelegd.

Hilde Wynen is in dit lopende proces een vreemde eend in de bijt gebleken. We hebben in de ‘Koppen’- reportage te horen gekregen dat zij na elf jaar dienst haar ontslag zou hebben ingediend uit onvrede met de alsmaar strenger wordende censuur. Nochtans was diezelfde censuur elf jaar geleden reeds minstens even streng aanwezig. De door Bruno Bosschaerts geschetste evolutie heeft immers lang voor Hildes sollicitatiegesprek plaatsgegrepen. Wat drijft een leerkracht er dan toe om na elf jaar status quo eensklaps haar onvrede te gaan proclameren?

De inspectieverslagen zijn online te raadplegen. De laatste dateert van 2008

De optie van een licht masochistische instelling buiten beschouwing gelaten, bestaat uiteraard ook de mogelijkheid dat er helemaal nooit van ontslag sprake is geweest. Het is namelijk veeleer zo dat Hilde Wynen aanvankelijk het recht in eigen handen heeft genomen. Oud-leerlingen zullen zich herinneren dat het vak Spaans mettertijd tot een buisvak is geëvolueerd, een unicum in het middelbaar onderwijs. Vandaag weten we dat dit wellicht een poging was om het gebrek aan een normale verdeling in de A-attesten eigenhandig te corrigeren. Mag ik hier trouwens de kanttekening bij plaatsen dat indien in de kranten gezegd wordt dat studies uitwijzen dat joodse leerlingen het in het hoger onderwijs gemiddeld beter doen dan het Vlaamse gemiddelde, het misschien helemaal niet zo vreemd is dat zij dat in het middelbaar onderwijs ook doen?

In oktober 2010 kwam Hilde Wynen anoniem op ATV en in de GVA om een aantal zaken, waaronder de censuur op de Jesode, aan te klagen. Naar eigen zeggen moest de anonimiteit garanderen dat ze niet ontslagen zou worden. Vreemde redenering, als u beseft dat ze vijf maanden later ineens uit onvrede met de censuur haar ontslag zou hebben ingediend. De waarheid is iets genuanceerder. Naar aanleiding van de reportage en het interview in oktober, die de essentie van de zaak enigszins samenvatte, maar toch nog bolstond van de halve waarheden, is heel wat ophef ontstaan in de school.

Advertentie

Interne bronnen bevestigen dat Hilde Wynen druk heeft uitgeoefend op het niet-joodse personeel om niet over het onderwerp te communiceren. Zo ontstond een bijzonder onaangename situatie waarin iedereen potentieel verdacht was, wat uiteindelijk is uitgemond in het detacheren van Hilde Wynen aan het Ministerie van Onderwijs. De eigen geromantiseerde versie van de feiten die in ‘Koppen’ aan bod kwam, gaat dus niet op. Wat onmiddellijk een nieuwe vraag doet rijzen: indien de genoemde inderdaad uit altruïsme de problemen aankaart, zoals in oktober beweerd werd, in het belang van de joodse leerlingen, of om de kwaliteit van het Vlaamse Onderwijs te garanderen, waarom maakt Hilde Wynen dan niet gebruik van haar nieuwe job bij het Ministerie om dit intern te bewerkstelligen?

Nog even over het feit dat joodse jongeren niet zouden studeren (en bij uitbreiding niet werken en van de staat profiteren, leest u er de commentaren eens op na). Uit mijn eigen jaargang heb ik bij de meisjes onder andere weet van verschillende boekhouders, twee fiscalisten in wording, een schoonheidsspecialiste, een aantal apothekersassistenten, een fotografe, een studente verpleegkunde, twee werknemers in een reisagentschap, een diplomahoudster cultuurwetenschappen, twee studentes klinische psychologie en een regente. Bij de jongens heb ik weet van een advocaat, twee IT’ers, iemand die iets met video-assemblage doet, een student biochemie en nog wat verkopers en bedienden. Verbaast het u dat ik als joods-orthodoxe ex-leerling weet hoe het de jongens van onze jaargang is vergaan? Niet moeilijk, de VRT heeft dan ook erg goed in de kaart van Hilde Wynen gespeeld door niet één keer Jesode-publiek te filmen. De chassidiem die de revue passeerden zijn zowat de meest opvallende bevolkingsgroep die joods Antwerpen te bieden heeft.

Kan het aantal joodse studenten dat hoger onderwijs gaat volgen beter? Uiteraard. Kunnen wij hulp gebruiken bij het bereiken van dit doel? Best wel. Ik betwijfel echter of het drama in twee bedrijven van een mediageile ex-werkneemster, die de divan met een cameralens schijnt te verwarren, hiertoe zal bijdragen. En niet omdat zij het censuurprobleem op zich heeft aangekaart. Wel omdat ze het debat erover zeer moeilijk maakt door het aan te wenden om een zo radicaal mogelijk beeld van de joodse jeugd te schetsen en daarbij de halve waarheden niet schuwt. U mag zelf raden welk personage ik van maatschappelijke onaangepastheid beticht.

Getekend, twee oud-leerlingen
Naam en adres bekend bij de redactie